Heb je een erfelijke aanleg voor borst- en eierstokkanker? Dan heb je een hoger risico om borstkanker te krijgen. Je kunt er dan voor kiezen om je borsten uit voorzorg (preventief) te laten verwijderen. Je risico op borstkanker daalt dan sterk.
Lees meer over een preventieve borstoperatie op de website van Stichting Erfelijke kanker Nederland.
Onderzoek van het tumorweefsel na de borstamputatie
Na de operatie onderzoekt een arts (patholoog) de borst die is weggehaald. Met de uitslag van dit onderzoek kan jouw arts bepalen of er nog extra behandelingen nodig zijn.
Behandelingen voor of na de borstamputatie
Na de operatie is soms nog bestraling nodig. Vaak adviseert de arts ook andere aanvullende behandelingen, zoals chemotherapie, hormoontherapie of doelgerichte therapie.
Is voor de operatie al duidelijk dat je ook nog een andere behandeling nodig hebt, bijvoorbeeld chemotherapie of hormoontherapie? Dan kan het ook zijn dat je hiermee begint. En dat je pas geopereerd wordt als je klaar bent met die andere behandeling.
Risico’s en complicaties van de operatie
Bij elke operatie is er kans op complicaties. Bijvoorbeeld een nabloeding, wondinfectie, trombose of longontsteking.
Na de operatie word je in de gaten gehouden door je arts en verpleegkundigen. Zij vertellen je ook bij welke klachten je het ziekenhuis moet bellen als je weer thuis bent.
Herstel na een borstamputatie
De eerste weken na de operatie kan de wond pijn doen en een trekkend gevoel geven. De huid rond de wond kan verkleuren. Soms is het gebied rondom het litteken gezwollen. Een bloeduitstorting in het geopereerde gebied komt regelmatig voor. Deze klachten worden vanzelf minder.
Misschien zie je er tegenop om de plek te zien waar eerst je borst zat. Het kan helpen om de eerste keer samen met de verpleegkundige naar de wond te kijken. De verpleegkundige kan uitleggen wat je ziet. Heb je een partner, dan vind je het misschien ook prettig als die erbij is, als je voor het eerst na de operatie kijkt.
Meestal kun je een paar dagen na de operatie jezelf weer verzorgen. Vanuit het ziekenhuis krijg je oefeningen mee voor je arm en schouder.
Blijvende klachten na de operatie
Bij de operatie moet de chirurg vaak de gevoelszenuwen doorsnijden. Hierdoor kun je last krijgen van een doof gevoel aan de binnenkant van je arm en rond het litteken. Of van zenuwpijn.
Je kunt ook pijn krijgen op de plek waar je borst eerst zat. Dit heet fantoompijn. Lees verder over pijn na borstkanker.
Na een borstamputatie
Een borstamputatie is een ingrijpende operatie. Het heeft invloed op hoe je je voelt en hoe je naar jezelf kijkt. Misschien vind je het fijn om er met lotgenoten over te praten. Lotgenoten vind je bijvoorbeeld via de community van kanker.nl of bij Borstkankervereniging Nederland. Of via IPSO Centra voor leven met en na kanker.
Als je wilt kun je psychologische hulp krijgen. Bespreek dit met je arts of verpleegkundige.