Primair cutaan follikelcentrumlymfoom (PCFCL)

Primair cutaan follikelcentrumlymfoom (PCFCL) komt vooral voor op je romp of je hoofd. Dit huidlymfoom kan op een enkele plaats zitten of erg uitgebreid zijn. PCFCL is goed te behandelen. 

In Nederland krijgen ongeveer 20 mensen per jaar de diagnose PCFCL. Het is een B-cel-huidlymfoom. Dit lymfoom komt vooral voor bij mannen van middelbare leeftijd.

Lees op deze pagina over:

• Vooruitzichten bij PCFCL
• Hoe herken je PCFCL?
• Oorzaken en risicofactoren van PCFCL
• Onderzoeken bij PCFCL
• Behandelingen van PCFCL
• Meer informatie over PCFCL
• Lotgenotencontact bij PCFCL

Vooruitzichten bij PCFCL

PCFCL groeit langzaam en zaait bijna nooit uit. De vooruitzichten zijn goed. Vijf jaar na de diagnose leven nog bijna alle mensen met PCFCL.

Hoe herken je PCFCL?

De meeste mensen met PCFCL hebben rood-paarse bulten of plekken op hun huid. De bulten of plekken kunnen op je romp zitten, bijvoorbeeld op je borstkas. Rondom de bulten op de borstkas zitten vaak kleine rode puistjes of dikke plekken (plaques). Het huidlymfoom kan ook op het hoofd of in de hals zitten. 

Oorzaken en risicofactoren van PCFCL

Primair cutaan follikelcentrumlymfoom ontstaat als de witte bloedcellen in je huid ongeremd gaan delen. Het is niet bekend waarom dat gebeurt. 

Lees verder over hoe een huidlymfoom ontstaat.

Onderzoeken bij PCFCL

De huisarts bekijkt de plekken op je huid om in te schatten wat het kan zijn. Als het nodig is, verwijst de huisarts je door naar een dermatoloog in het ziekenhuis. Een dermatoloog is een arts met veel verstand van de huid.

De huisarts of de dermatoloog verwijdert meestal een klein stukje van de plek op je huid. Dat heet een biopsie. Het stukje weefsel (het biopt) gaat naar het laboratorium voor onderzoek.

Behandelingen van PCFCL

De behandeling heeft als doel om je klachten te verminderen en de ziekte onder controle te houden. Het huidlymfoom verdwijnt niet door de behandeling. Welke behandeling je krijgt, ligt onder andere aan hoeveel last je hebt van de plekken.

Als je 1 of een paar bultjes of plekken op je huid hebt, kun je bestraling krijgen. De plekken verdwijnen dan bijna altijd helemaal. Komen de plekken terug? Dan kun je soms opnieuw bestraling krijgen. 

Sommige mensen met PCFCL krijgen chemotherapie. Dat is een behandeling als de ziekte in een later stadium is.

Afwachten en (nog) niet behandelen

Als je geen last hebt van de afwijkingen van de huid, kan je arts voorstellen om nog niet te behandelen. Je blijft dan wel onder controle. De behandeling start op het moment dat je klachten krijgt.

Meebeslissen over het behandelplan

Zelf heb je ook invloed op de behandeling die je krijgt. Soms kun je kiezen tussen verschillende soorten behandelingen. Of kun je dingen aanpassen, bijvoorbeeld de volgorde van de behandelingen of de tijd tussen behandelingen in.

Een behandelplan gaat dus om jou. Bespreek de mogelijkheden met de arts. Ook als je twijfelt over een bepaalde behandeling kun je dat aan de arts vertellen.

Meer informatie over PCFCL

Heb je vragen over jouw situatie of wil je advies? Praat erover met je arts of verpleegkundige. Hij of zij kan je doorverwijzen naar bijvoorbeeld een medisch psycholoog. Meer informatie vind je ook bij Vind hulp bij kanker.

Lotgenotencontact bij PCFCL

Misschien heb je de behoefte om met anderen te praten die hetzelfde hebben als jij. Via de lotgenotenzoeker kun je anderen vinden.

Voor meer informatie en contact met lotgenoten kun je terecht bij: