Extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonIn Nederland is extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype zeer zeldzaam. Dit huidlymfoom is moeilijk te behandelen. Een andere naam is: extranodaal NK/T-cel-lymfoom, nasale type.
In je huid zitten verschillende soorten witte bloedcellen. Bijvoorbeeld NK/T-cellen. Bij extranodaal NK/T-cel-lymfoom ontstaat de kanker vanuit zo’n NK/T-cel. Lees meer over lymfocyten.
Het extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype komt vooral voor in Azië, Midden-Amerika en Zuid-Amerika.
Lees op deze pagina over:
- Vooruitzichten bij extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
- Hoe herken je extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype?
- Oorzaken en risicofactoren van extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
- Kankercellen op andere plekken dan in de huid bij extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
- Onderzoeken bij extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
- Behandelingen van extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
- Meer informatie over extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
- Lotgenotencontact bij extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
Vooruitzichten bij extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
Extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype is een agressieve ziekte. Je vooruitzichten zijn meestal niet goed.
Hoe herken je extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype?
Dit huidlymfoom zit meestal in neus-keelholte. Je hebt dan vaak meer dan 1 dikke plek of zwellingen met zweren. Sommige mensen hebben een dikke plek (een tumor) die vanuit hun neus groeit. De kanker kan doorgroeien naar bijvoorbeeld de bijholtes, oogkas of de mond.
Artsen noemen het lymfoom daarom neustype of nasale type. Andere klachten kunnen zijn: koorts en afvallen.
Oorzaken en risicofactoren van extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
Het is niet bekend waardoor extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype precies ontstaat. Wel speelt een virus een grote rol: het Epstein-Barrvirus. Mensen met extranodaal NK/T-cel-lymfoom hebben dit virus bijna altijd in hun lichaam.
Lees verder over hoe een huidlymfoom ontstaat.
Kankercellen op andere plekken dan de huid bij NK/T-cel-lymfoom, neustype
Extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype groeit snel. Er kunnen kankercellen terechtkomen in je speekselklieren of op andere plekken, verder in je lichaam. Zoals in je spijsverteringskanaal, je lever, milt en (bij mannen) teelballen. Soms zitten de kankercellen ook in je beenmerg en je bloed.
Onderzoeken bij extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
De huisarts bekijkt de plekken op je huid om in te schatten wat het kan zijn. Als het nodig is, verwijst de huisarts je door naar een dermatoloog in het ziekenhuis. Een dermatoloog is een arts met veel verstand van de huid.
De huisarts of de dermatoloog verwijdert meestal een klein stukje van de plek op je huid. Dat heet een biopsie. Het stukje weefsel (het biopt) gaat naar het laboratorium voor onderzoek. Ook kan de arts bloed laten afnemen en een beenmergonderzoek doen. Om zeker te weten of het om extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype gaat, krijg je soms ook een CT-scan of een PET-CT-scan.
Lees meer over onderzoeken bij huidlymfoom.
Behandelingen van extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
De behandeling heeft als doel om je klachten te verminderen en de ziekte onder controle te houden. Het huidlymfoom verdwijnt niet door de behandeling. De arts bespreekt met je welke behandeling het beste past.
Bijna alle mensen met dit type huidlymfoom krijgen chemotherapie, soms samen met bestraling van de huid. Bestraling kan ook de enige behandeling zijn, bijvoorbeeld wanneer chemotherapie niet mogelijk is.
Meebeslissen over het behandelplan
Zelf heb je ook invloed op de behandeling die je krijgt. Soms kun je kiezen tussen verschillende soorten behandelingen. Of kun je dingen aanpassen, bijvoorbeeld de volgorde van de behandelingen of de tijd tussen behandelingen in.
Een behandelplan gaat dus om jou. Bespreek de mogelijkheden met de arts. Ook als je twijfelt over een bepaalde behandeling kun je dat aan de arts vertellen.
Meer informatie over extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
Heb je vragen over jouw situatie of wil je advies? Praat erover met je arts of verpleegkundige. Hij of zij kan je doorverwijzen naar bijvoorbeeld een medisch maatschappelijk werker of een psycholoog. Meer informatie vind je ook bij Vind hulp bij kanker.
Lotgenotencontact bij extranodaal NK/T-cel-lymfoom, neustype
Misschien heb je de behoefte om met anderen te praten die hetzelfde hebben als jij. Via de lotgenotenzoeker kun je anderen vinden.
Voor meer informatie en contact met lotgenoten kun je terecht bij: