Operatie (blaasverwijdering) bij blaaskanker

Veel mensen met spierinvasieve blaaskanker krijgen een operatie. De arts verwijdert de blaas samen met de tumor. Deze operatie heet een cystectomie.

Bij niet-spierinvasieve blaaskanker is een TUR vaak voldoende en is geen operatie nodig. Zit de kanker ook in de spierlaag van de blaas en heb je geen uitzaaiingen? Dan krijg je meestal een operatie waarbij de chirurg de blaas verwijdert. Met deze behandeling kun je genezen van blaaskanker.

Lees op deze pagina over:

• Operatie waarbij je blaas wordt verwijderd
• Leven zonder blaas
• Operatie als palliatieve behandeling
• Gevolgen van de operatie

Sommige mensen willen liever geen operatie waarbij de blaas verwijderd wordt. Dan kan de arts chemoradiatie voorstellen. Lees verder over chemoradiatie bij blaaskanker.

Operatie waarbij je blaas wordt verwijderd

Je gaat voor de operatie onder narcose. Bij de operatie verwijdert de uroloog je blaas. Bij mannen verwijdert de uroloog ook de prostaat, de lymfeklieren in het bekken en soms de plasbuis. Bij vrouwen verwijdert de uroloog meestal ook de lymfeklieren in het bekken, de baarmoeder en de eierstokken, een deel van de vagina en de plasbuis.

Lees verder over de gevolgen van een blaasverwijdering op je seksleven.

Heel soms hoeft de arts maar een deel van de blaas te verwijderen. Dan krijg je na de operatie ook bestraling.

Soms is opereren niet mogelijk

Soms blijkt tijdens de operatie dat de kanker is doorgegroeid in de organen die in de buurt liggen. De arts kan dan besluiten om niet verder te opereren en de blaas te laten zitten. Je kunt dan een palliatieve behandeling krijgen, zoals chemotherapie. Door een palliatieve behandeling kun je niet genezen, maar je klachten kunnen wel verminderen.

Leven zonder blaas

Als je blaas bij de operatie is verwijderd, hoe moet je dan voortaan plassen? Er zijn verschillende oplossingen. De arts kan tijdens de operatie een urinestoma aanleggen: een opvangzakje voor urine buiten je lichaam. Je plakt het zakje aan je been en moet het regelmatig legen. Of je krijgt een nieuwe blaas: een neoblaas.

Lees verder over een urinestoma of over een neoblaas.

Operatie als palliatieve behandeling

Meestal krijg je geen operatie als de kanker is doorgegroeid naar organen in de buurt van je blaas. Zoals bij mannen naar de prostaat, bij vrouwen naar de baarmoeder of vagina. Je kunt dan niet meer genezen. Je krijgt een behandeling om de klachten te verminderen. Dat is een palliatieve behandeling.

Als je veel klachten hebt, krijg je soms toch een operatie om je blaas te verwijderen waarna je een urinestoma krijgt. Bijvoorbeeld als je veel pijn hebt of veel bloed verliest bij het plassen.

Is je blaas verwijderd? De keuzehulp (6 stappen) helpt je een afweging te maken tussen een urinestoma of een neoblaas als vervanging voor de blaas.

Elke operatie geeft risico op complicaties. Dat geldt ook voor de operaties bij blaaskanker. Voor de operatie bespreekt de uroloog de gevolgen en de complicaties van de operatie met je.

Na de operatie kun je last krijgen van een nabloeding of van een ontsteking van de wond. Ook een longontsteking kan voorkomen.

Een blaasoperatie kan ook specifieke gevolgen hebben. Bijvoorbeeld omdat je een urinestoma hebt gekregen.

Ook kan de blaasoperatie invloed hebben op intimiteit en hoe je seks beleeft. Als je man bent, is vaak een erectie niet meer mogelijk na de operatie.

De uroloog moet soms bij de operatie de inwendige geslachtsorganen verwijderen. Dat zijn je prostaat (bij mannen) of je vagina, baarmoeder en eierstokken (bij vrouwen). Steeds vaker kan de uroloog je inwendige geslachtsorganen laten zitten. Daarmee zijn de gevolgen voor je seksleven veel kleiner. Bespreek voor de operatie met je uroloog wat bij jou mogelijk is.

Lees verder over de gevolgen van blaaskanker.