DNA-onderzoek bij baarmoederkanker

Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.

Naar colofon
Opslaan

Bij baarmoederkanker krijg je soms DNA-onderzoek. De arts kijkt dan of er fouten in het DNA van de kankercellen zitten. De uitslag is belangrijk voor je behandeling.

Lees op deze pagina over:

Waarom DNA-onderzoek bij baarmoederkanker?

Met DNA-onderzoek van de tumor kan de arts bepalen wat in jouw situatie de meest geschikte behandeling is. En wat je vooruitzichten zijn.

DNA-onderzoek gebeurt vooral als je baarmoederkanker hebt die snel groeit en ook snel uitzaait.

DNA-onderzoek gebeurt ook als je een MMRd-tumor hebt en er kans is op erfelijkheid. Lees verder over DNA-onderzoek als je een MMRd-tumor hebt.

Hoe gaat DNA-onderzoek bij baarmoederkanker?

Een patholoog onderzoekt een stukje van het tumorweefsel dat bewaard is na de operatie. Een patholoog is een arts die veel verstand heeft van cellen en weefsels. Hij of zij kijkt of er afwijkingen (mutaties) in het DNA van de kankercellen zitten.

Een afwijking in het DNA heet een mutatie. Sommige DNA-mutaties hebben gevolgen voor de prognose en behandeling van baarmoederkanker. Bijvoorbeeld de POLE-mutatie en de TP53-mutatie.

POLE-mutatie bij baarmoederkanker

Een POLE-mutatie betekent een afwijking in het POLE-gen.

Zit bij jou de POLE-mutatie in de kankercellen, dan is de kans dat baarmoederkanker terugkomt na behandeling heel klein. Een aanvullende behandeling met bestraling en/of chemotherapie is daarom meestal niet nodig.

TP53-mutatie bij baarmoederkanker

Een TP53-mutatie betekent een afwijking in het TP53-gen.

In gezonde cellen zorgt het TP53-gen ervoor dat cellen niet ongeremd delen. Zit er een fout in het TP53-gen, dan gaan cellen ongecontroleerd groeien en delen. Zo kunnen kankercellen gaan groeien en ontstaat er een tumor.

Als de tumor deze TP53-mutatie heeft, dan heb je een minder goede prognose dan vrouwen met een tumor zonder TP53-mutatie. Met dit type kanker heb je namelijk meer kans op uitzaaiingen op andere plekken in je lichaam.

Heb je een tumor met een TP53-mutatie, dan adviseert de arts na de operatie meestal een aanvullende behandeling met bestraling en chemotherapie.

NSMP baarmoederkanker

Vaak heeft de tumor geen specifieke kenmerken (NSMP). Dat is bij ongeveer 6 op de 10 vrouwen met vroeg stadium baarmoederkanker zo. Dit heeft verder geen gevolgen voor de behandeling.

Colofon

Met medewerking van:

Foto Cor de Kroon

Dr. Cor de Kroon

Gynaecoloog-oncoloog, LUMC

LinkedIn

Logo Stichting Olijf

Olijf

Patiëntenvereniging

Website

illustratie-arts-vrouw

Prof. dr. Carien Creutzberg

Radiotherapeut, LUMC

Illustratie vrouwen

Vrouwen die baarmoederkanker hebben (gehad)

Gemaakt door de redactie van kanker.nl

Laatste update: november 2024