Onderzoek naar de longfunctie
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofon
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonKrijg je een operatie voor de longkanker, dan moeten de longen goed genoeg werken. Dit kan de arts meten met een longfunctie-onderzoek.
Door de kanker kan de longfunctie namelijk slechter zijn geworden. De werking van de longen kan ook verminderen door andere longziektes zoals COPD.
Bij de operatie wordt een deel van de longen verwijderd. Daarna moet er voldoende longweefsel overblijven voor het opnemen van zuurstof.
Hoe werkt een longfunctie-onderzoek?
Bij het onderzoek adem je in een mondkapje dat in verbinding staat met een apparaat. Het apparaat meet de longfunctie. Ook wordt gemeten hoe goed de longen zuurstof opnemen.
Longfunctie-onderzoek
Longarts Sander de Hosson legt uit wat een longfunctie-onderzoek inhoudt en waarom dit belangrijk is.
Soms ook een perfusiescan
Als het longfunctie-onderzoek niet genoeg informatie geeft, krijg je een perfusiescan. Met de perfusiescan meet de arts hoe het bloed langs de verschillende delen van de longen stroomt. Perfusie betekent doorstroming.
Hoe gaat een perfusiescan?
Bij een perfusiescan krijg je een radioactieve stof ingespoten. Na een tijdje komt de stof in de bloedvaten van de longen. Dan maakt de arts foto’s van de longen met een speciale camera. Zo meet hij of zij de doorstroming van de radioactieve stof en dus van het bloed.
De hoeveelheid radioactieve stof is niet schadelijk; je plast het snel weer uit. Je hoeft geen speciale leefregels op te volgen na te onderzoek.
Ventilatiescan
Soms krijg je bij de perfusiescan ook een ventilatiescan. Met de ventilatiescan meet de arts hoe de ingeademde lucht zich over de longen verdeelt.
Hiervoor adem je lucht gemengd met radioactief gas in. De arts maakt foto’s van de longen. Het gas is ongevaarlijk en doet geen pijn.