Chemotherapie bij een wekedelensarcoom

Meestal is chemotherapie geen geschikte behandeling bij een wekedelensarcoom. Bij veel wekedelensarcomen werkt chemotherapie niet goed.

Soms adviseert de arts wel chemotherapie. Welke medicijnen je dan krijgt, hangt af van het soort wekedelensarcoom dat je hebt. De arts die de chemotherapie geeft, is de internist-oncoloog. Hij of zij zal de behandeling met je bespreken.  

Deze soorten chemotherapie worden vaak gebruikt bij wekedelensarcomen: doxorubicine, (soms met ifosfamide), trabectedine, paclitaxel, dacarbazine of gemcitabine.

Werken deze medicijnen niet goed, dan kan de arts soms een ander soort chemotherapie voorstellen.

Soms kun je meedoen aan een studie naar nieuwe medicijnen voor wekedelensarcomen. Zo’n studie heet een trial. Bekijk de trials voor wekedelensarcomen.

Chemotherapie is een behandeling met cytostatica. Dit zijn medicijnen die kankercellen doden of hun celdeling remmen. Deze medicijnen verspreiden zich via het bloed door je lichaam. Ze kunnen op bijna alle plaatsen de kankercellen bereiken.

Chemotherapie doodt ook gezonde cellen. Daardoor krijg je waarschijnlijk last van bijwerkingen.

Behandeling met chemotherapie is in de vorm van een kuur. Je krijgt een periode medicijnen en een periode niet. Vaak bestaat de behandeling uit een reeks chemokuren.