Na je behandeling van galwegkanker blijf je onder controle. Ook als je niet meer beter kunt worden, kun je je arts blijven zien. Hoe vaak je een afspraak voor controle hebt, hangt af van je situatie.
De controles zijn meestal in het ziekenhuis, maar soms ook bij je huisarts. Andere woorden voor controle zijn: nacontrole of follow-up.
Lees op deze pagina over:
Lees ook over:
Hoe vaak zijn de controles na galwegkanker?
Van je arts of verpleegkundig specialist hoor je hoe vaak jouw controles zijn.
Hoe gaat een controle-onderzoek?
Je arts of verpleegkundig specialist onderzoekt je en vraagt hoe het met je gaat. Heb je klachten, vertel ze dan. Soms krijg je extra onderzoeken, zoals een bloedonderzoek, een echo of een scan.
Ook als je niet meer beter kunt worden, kun je je arts of verpleegkundige blijven zien. Bijvoorbeeld om in de gaten te houden hoe de ziekte verder loopt en of je klachten hebt.
Gevolgen van de behandeling bespreken
Op de controle-afspraak bespreek je of je last hebt van gevolgen van de behandeling. Je arts of verpleegkundige vertelt je of er iets aan te doen is.
Zij kunnen je doorsturen naar een andere zorgverlener. Iemand die je met de klacht kan helpen. Zoals een fysiotherapeut of psycholoog.
Klachten tussen de controles in
Misschien heb je tussen de controles door pijn of klachten. Vertel dat aan je huisarts. Of maak eerder een afspraak voor controle in het ziekenhuis.