Biopsie bij nierkanker

Bij een biopsie neemt je arts een stukje weefsel weg uit de afwijking in je nier. Zo wordt duidelijk of het om nierkanker gaat.

Voor een biopsie krijg je een lokale verdoving in je zij. je arts gebruikt een echo-apparaat om te zien waar in je nier hij of zij moet prikken. Je arts haalt met een dunne naald stukjes weefsel weg van de plaats waar de afwijking zit.

Soms gebeurt de biopsie tijdens een behandeling, zoals cryo-ablatie of warmte-ablatie.

Een stukje weggenomen weefsel heet een biopt. De patholoog onderzoekt het biopt onder de microscoop.

Wanneer een biopsie bij nierkanker?

Meestal is een biopsie niet nodig bij nierkanker. Een biopsie kan nodig zijn als niet duidelijk is of de tumor in je nier goedaardig of kwaadaardig is.

Je krijgt alleen een biopsie als je geen operatie krijgt. Als je een operatie krijgt gebruikt je arts weefsel van de operatie voor het onderzoek.

Ook als je op verschillende plaatsen in je lichaam uitzaaiingen hebt kan je arts een biopt nemen. Er zijn twee redenen om dit te doen:

• Je arts wil weten welk soort niercelcarcinoom je precies hebt. Bij een heldercellig niercelcarcinoom krijg je namelijk andere medicijnen dan bij een papillair niercelcarcinoom.
• Als je uitzaaiingen hebt, maar niet duidelijk is waar de uitzaaiingen vandaan komen (dit heet ook wel ‘primaire tumor onbekend’). Met een biopt van een uitzaaiing kan je arts de primaire tumor soms wel achterhalen.