WERELDKANKERDAG – KORT VERHAAL

Het is maandag. Al vroeg ben ik wakker en voorzichtig probeer ik overeind te komen. Het is de derde dag na mijn chemokuur. De dexamethason die ik kreeg voor de chemo is inmiddels uitgewerkt en dat voel ik. Op mijn nachtkastje ligt m’n medicijndoos. Wie had gedacht dat ík die nodig zou hebben? Idioot, normaal lever ik zelf medicijnen af in de apotheek en nu kan ik niet eens onthouden of en hoe laat ik mijn pijnstillers en antibraakmiddel heb ingenomen. Nou ja, áls ik ze vergeet, merk ik het vanzelf natuurlijk. Als eerste neem ik mijn granisetron tegen de misselijkheid en meteen 2 paracetamoltabletten en een ibuprofen tegen de pijn. Jakkes, wat smaakt dat water toch smerig. Voorzichtig loop ik naar de wc, poets daarna mijn tanden en ga weer terug in bed.

Arwin helpt de kinderen met hun ontbijt en schooltassen en brengt Lieke naar school. Marit gaat zelf. Daarna gaat hij naar zijn werk. “Gaat het echt wel” vraagt hij “kan ik nog iets voor je doen en moet ik beneden iets halen”? Hij zet een thermoskan met heet water op het tafeltje naast mijn bed. Dat hebben we er neer gezet, om alles wat nodig is overdag boven te hebben. Een doos met droge kaakjes en zuurtjes tegen de vieze smaak in mijn mond. Ik heb al moeite om bij de badkamer te komen. De trap af en laat staan weer op, lukt me nu niet.

Natuurlijk zeg ik tegen hem dat het wel lukt vandaag. Dan gaat hij naar zijn werk. De deur slaat dicht en ik slaak een zucht. Nu heb ik rust en hoef ik me voorlopig niet goed te houden voor man en kinderen. Naast me ligt de hond. Ik huil en ze likt mijn hand, heel snel, ze stopt niet met likken. Ze weet denk ik hoe ik me voel. Daarna likt ze mijn kale hoofd, grappig vind ik dat. Ik moet niet huilen, want daar ben ik te ziek voor, dan voel ik me nog zieker. Heel stil blijf ik liggen, want mijn voeten en onderbenen doen zo’n pijn. Waardeloos, die botpijn door de chemo. Niet bewegen helpt een beetje en anders neem ik tramadol. Die heb ik gevraagd aan de oncoloog en gelukkig kreeg ik ze meteen. Het kan niet zo zijn dat ik op mijn werk sommige klanten voor iedere scheet tramadol aflever, en zelf het moet doen met paracetamol en ibuprofen.

Ik probeer nog wat te slapen, want ik ben zo moe. Als ik wakker ben speel ik Candy Crush. Ik ben inmiddels zo ver in dat spel, niet normaal, ik ben er echt goed in! Het helpt ook om niet na te denken over kanker en doodgaan. Wat nu als de kanker straks weg is en weer terugkom? Ga ik dit dan nog een keer doen? Net als mijn moeder. Toen ze stierf was haar haar nog niet eens aangegroeid. Veel zin hebben die chemo’s niet gehad. Maar ja, eerst mijn 6 chemokuren maar eens afmaken en daarna de bestralingen. Dan zien we wel verder…

 

Terugblik juni 2015

Het is vandaag wereldkankerdag. Ik schreef een kort verhaal over een van de dagen na een chemokuur. Over de pijn, de moeheid en hoe ik de dag doorkwam.

 

WERELDKANKERDAG – KORT VERHAAL