Morgen om 07.30 uur melden!
Gisteren had ik behoefte om te schrijven maar bedacht dat zowat elke dag meer op een dagboek begint te lijken. Niet echt mijn bedoeling. Mijn Vlaamse schoonmaakmevrouw met Marokkaanse roots liep om me heen te dartelen met stofzuiger en strijkplank. Zij overtuigde me om toch maar wat neer te pennen. En ja hoor, na mijn zorgvuldig gekozen woorden te willen afsluiten drukte ik per abuis op ‘verwijder concept’ en weg was alles.
’Zie je wel, ik had mijn gevoel moeten volgen’. Verdomme!
Morgen is de grote dag en dit voelt heel dubbel.
Het liefst zou ik heel hard willen wegrennen en het liefst wil ik dat de vreemde indringer a.s.a.p. uit mijn kankerborst wordt verwijderd......
Op de afdeling ‘pre-operatie’ gisterenmiddag een intakegesprek gehad.
Dit stelt niet meer voor dan het doorlopen van een door mij al eerder ingevulde vragenlijst. De dame verplaatste alle gegevens naar het ziekenhuisbestand. In mijn patientendossier. Gelukkig stond de desbetreffende dame open voor mijn dringend verzoek om heel duidelijk zichtbaar te maken dat er toch onlangs een aantal hartproblemen waren opgelost. Mijn hartslag is echter na de ablatie nog veel te laag (43). Ik wil niet dat door de ingreep de bloeddruk zo snel daalt dat mijn hart per abuis vergeet verder te tikken!
Toen ik vorige maand lag te trillen (van de kou en van de spanning) in mijn ziekenhuisbedje in de buurt van de operatiekamers, ontdaan van ringen, bril, etc., in een afgewassen triestig uitziend operatiehemdje, had het systeem mij weer heel klein gekregen. Het was even een drukte van jewelste. Rond het middaguur wilden artsen en verpleging hun boterhammetje ergens gaan eten. De klapdeur naar de buitenwereld wapperde op en neer. Ik lag totaal onzichtbaar in een anoniem voorportaal en keek er naar. Na een half uur begon ik me lichtelijk ongerust te maken omdat ik toch begon te denken dat er ergens een inplanningsfoutje was veroorzaakt.
Ineens hoorde ik gerammel, alsof iemand een boodschappenkar door de straat heen duwt, de
klapdeuren vlogen open. Allereerst zag ik een ijzeren stellage, tot de nok gevuld met waterflessen. Daarachter liep een jongeman van een jaar of zesentwintig. De man keek me bij binnenkomst recht in de ogen en glimlachte ter begroeting. Ik voelde me warm worden, ik werd weer mens. Bij het verlaten van de wachtzaal herhaalde de begroeting zich.
Ik had die man wel kunnen kussen! Ik was even geen nummer, geen anoniem persoon waarvan de resultaten worden opgenomen in allerlei tabellen, schema’s om de gezondheidszorg ‘tranparanter’ te maken.
Vanmiddag nog een scan van de okselklieren laten maken, daarna vanavond met vrienden gezellig eten op de Draakplaats (5 min. fietsafstand). Het restaurant voert zo te zien een beetje een kaart zoals het restaurant in Breda waar we laatst met neefje en partner gegeten hebben. Het (of de?) Zuyd. Ben benieuwd en verheug me er bijzonder op. Leuk!
Ik ben ongelofelijk blij en dankbaar dat er zoveel lieve mensen intens met ons meeleven. Ook voor Peter is dit geen kleinigheid! Voor mij zijn jullie allemaal ‘waterflessen-vervoerders’. Dank-dank.
Morgen laat ik weten of het Al (Kosmosofie) mij gunstig gezind is geweest.
liefs,
xxx
Okkie
’Zie je wel, ik had mijn gevoel moeten volgen’. Verdomme!
Morgen is de grote dag en dit voelt heel dubbel.
Het liefst zou ik heel hard willen wegrennen en het liefst wil ik dat de vreemde indringer a.s.a.p. uit mijn kankerborst wordt verwijderd......
Op de afdeling ‘pre-operatie’ gisterenmiddag een intakegesprek gehad.
Dit stelt niet meer voor dan het doorlopen van een door mij al eerder ingevulde vragenlijst. De dame verplaatste alle gegevens naar het ziekenhuisbestand. In mijn patientendossier. Gelukkig stond de desbetreffende dame open voor mijn dringend verzoek om heel duidelijk zichtbaar te maken dat er toch onlangs een aantal hartproblemen waren opgelost. Mijn hartslag is echter na de ablatie nog veel te laag (43). Ik wil niet dat door de ingreep de bloeddruk zo snel daalt dat mijn hart per abuis vergeet verder te tikken!
Toen ik vorige maand lag te trillen (van de kou en van de spanning) in mijn ziekenhuisbedje in de buurt van de operatiekamers, ontdaan van ringen, bril, etc., in een afgewassen triestig uitziend operatiehemdje, had het systeem mij weer heel klein gekregen. Het was even een drukte van jewelste. Rond het middaguur wilden artsen en verpleging hun boterhammetje ergens gaan eten. De klapdeur naar de buitenwereld wapperde op en neer. Ik lag totaal onzichtbaar in een anoniem voorportaal en keek er naar. Na een half uur begon ik me lichtelijk ongerust te maken omdat ik toch begon te denken dat er ergens een inplanningsfoutje was veroorzaakt.
Ineens hoorde ik gerammel, alsof iemand een boodschappenkar door de straat heen duwt, de
klapdeuren vlogen open. Allereerst zag ik een ijzeren stellage, tot de nok gevuld met waterflessen. Daarachter liep een jongeman van een jaar of zesentwintig. De man keek me bij binnenkomst recht in de ogen en glimlachte ter begroeting. Ik voelde me warm worden, ik werd weer mens. Bij het verlaten van de wachtzaal herhaalde de begroeting zich.
Ik had die man wel kunnen kussen! Ik was even geen nummer, geen anoniem persoon waarvan de resultaten worden opgenomen in allerlei tabellen, schema’s om de gezondheidszorg ‘tranparanter’ te maken.
Vanmiddag nog een scan van de okselklieren laten maken, daarna vanavond met vrienden gezellig eten op de Draakplaats (5 min. fietsafstand). Het restaurant voert zo te zien een beetje een kaart zoals het restaurant in Breda waar we laatst met neefje en partner gegeten hebben. Het (of de?) Zuyd. Ben benieuwd en verheug me er bijzonder op. Leuk!
Ik ben ongelofelijk blij en dankbaar dat er zoveel lieve mensen intens met ons meeleven. Ook voor Peter is dit geen kleinigheid! Voor mij zijn jullie allemaal ‘waterflessen-vervoerders’. Dank-dank.
Morgen laat ik weten of het Al (Kosmosofie) mij gunstig gezind is geweest.
liefs,
xxx
Okkie
3 reacties