Roffelende motoren en stoere mannen
Jaren geleden, toen Peet ineens bedacht dat er meer in het leven moest zijn, nam zij de beslissing om haar motorrijbewijs te gaan halen. Waarom? Ik heb nog steeds geen idee. Waarschijnlijk had het te maken met een vervroegde midlifecrisis, een “gatver wat is mijn leven toch saai” gedachte, maar bovenal wilde ze gewoon ook een keer een stoer wijf zijn ;)
De aanloop tot het halen van het rijbewijs was, zoals wel vaker bij mij het geval is, chaotisch. Poging één moest ik opgeven omdat ik in een stukje snoeihout was gesprongen. Geef maar toe, deze reden zagen jullie niet aankomen. Enfin, nadat het snoeihout uit mijn voet/enkel was gepeuterd volgde een toch wel lange revalidatie. De motorrijlessen kon ik wel op mijn buik schrijven. Zoals alles in mijn leven had ook dit nadeel een groot voordeel. Rik nam mijn rijlessen over en haalde in no time zijn motorrijbewijs. Hij zat waarschijnlijk ook in een midlifecrisis, vond zijn leven ook saai en wilde ook wel eens stoer zijn : ). Een Suzuki V-Strom maakte zijn intrede en daarmee rolden we ook in de wereld van de motorclubjes. Peet ging achterop, leerde heel snel hoe ze geïnteresseerd moest kijken als het ging over cilinderinhoud, carbon, remschijven, verkeersboetes. Kortom Peet vermaakte zich uitstekend tijdens de peuken- en plaspauzes tijdens de toer ritjes.
Poging twee kondigde zich aan en eigenlijk ging die poging heel lang heel goed. Tot het moment dat Peet in de stromende regen een driedubbele salto maakte tijdens een remproef. Resultaat: blauwe plekken, een knie die het even niet meer deed en weer staken van de rijlessen. Om nog niet maar te spreken over een angst voor de oranje pylon die nooit meer weg is gegaan.
Tijd voor poging drie. Op naar Almere om daar het onderdeel bijzondere verrichtingen te halen. Daar kwam ik erachter dat ik inderdaad bang voor de oranje pylon was geworden. Zag ik een pylon dan moest en zou ik hem platrijden : ) . Uiteindelijk de bijzondere verrichtingen wel in één keer gehaald. Op naar het gewone examen. Alle charme in de strijd gegooid én hoppa rijbewijs in de zak.
Thuis stond al een prachtige Suzuki Bandit op mij te wachten. Een heerlijke motor die dankzij een goede vriend in toverbal paars werd omgetoverd. Wat heb ik een plezier gehad met mijn Bandit.
In de loop der jaren is er nogal wat gewisseld op motorgebied. Een Suzuki SV een Suzuki GSXR en uiteindelijk als cadeau van Rik de ultieme motor Ducati 851. Liefde op het eerste gezicht en gehoor. Nog steeds geniet ik van het geluid, de knallen, de vlammen uit de uitlaat én van de gratis erbij gekregen groep stoere mannen (en een enkele vrouw).
Nog steeds ben ik iemand die bovenal geniet van de peuken- en plaspauzes. Heerlijk ouwehoeren over niets. Wie wil dat nu niet? Uren doorgebracht op het Ducati Forum. Een goede tijden, slechte tijden soap in het klein. Geweldig :) .
Toen mijn Duc in februari (voor de zoveelste keer) was ontmanteld en weer in elkaar was gezet vertelde Remco dat ik hem niet terug zou kennen. Alles klopte nu aan de motor en het sturen zou als vanzelf gaan. Er schoot meteen door mij heen dat ik dat waarschijnlijk nooit zou ervaren. Een hard gelag. Het was voor mij op dat moment het eerste in mijn leven wat ik zou moeten afsluiten. Gedaan en over! Nooit zou ik mijn hernieuwde Duc kunnen uitproberen, laat staan nog even dat gevoel van vrijheid kunnen ervaren. Zo werd mijn dierbare Duc ineens het tastbare bewijs van mijn ziek zijn. Wat heb ik daar om gejankt die eerste weken.
Het viel achteraf allemaal wel mee. De Duc is inmiddels een paar keer van stal geweest. Niet zoveel als ik zou willen, maar toch heb ik het geflikt. Portie chemo in de aderen, portie ellende tussen de oren en dankzij Rik toch op de Duc de polder in. Op Koninginnedag, want iedereen zat voor de buis en de wegen waren heerlijk rustig. Nog steeds kijk ik dankbaar terug naar dat ritje. Het voelde alsof het leven ineens nog een staartje had en ik toch nog een kans kreeg om te genieten.
De stoere groep Ducati rijders heeft zich ontpopt tot een warme groep vrienden. De snelheidsduivels staan soms stil voor mij om me te laten weten dat ze aan ons denken. Bloemstukken, kaarten, berichten worden gestuurd. Ik vind het nogal wat en ben door geraakt. Gewoon het besef dat ik niet word vergeten, ook al ben ik het merendeel van de tijd onzichtbaar voor de groep. Volgend jaar ga ik dus gewoon mee naar de World Ducati Week in Italië. Niet op de motor waarschijnlijk, maar gewoon met de auto of het vliegtuig. Kan ik toch nog eens met eigen ogen zien waar die roffelende troep gemaakt wordt én mijn geoefende geïnteresseerde blik nog eens tentoonstellen als er weer over cilinderinhoud gesproken wordt. : )
Deze poëtische groet kreeg ik van één van de Ducati rijders. Een groet om stil van te worden.
“mijn duimen draaien welhaast desmodromisch ten behoeve van jullie grootste geluk”
1 reactie