Hoe werkt dat dan een uitslag krijgen?

Voor diegenen die niet zo thuis zijn in het ziekenhuis gebeuren even een EHBZB.

Je komt binnen en rent meteen door naar bloedafname. Geen gesprek zonder minimaal 2 buisjes bloed te hebben afgegeven. Na het geprik heb je zo’n drie kwartier over voordat je naar dé afspraak moet. Soms moet je eerst nog een longfoto laten maken, maar na een APK-scan is dat niet nodig.

Dit keer de tijd uitgezeten in het restaurant. Beetje verdwaasd om je heen kijken en nog steeds niet begrijpen waarom juist jij hier moet zitten. Dik vet waardeloos. Een bezoek aan het ziekenhuis betekent voor jou dat je er niet onderuit kan dat je uiterste houdbaarheidsdatum dichterbij komt.

Uiteindelijk mag je dan van de incheckpaal de reis naar de volgende vlinder gaan ondernemen. Met lood in je schoenen sjok je door het ziekenhuis, met aan je linkerkant uitzicht op het radiotherapiegebouwtje. Ach, moest je daar maar heen. Geen onzekerheid daar. Gewoon liggen, zorgen dat je op gewicht blijft en eens per week contact met een specialist. Ook wel fijn dat het bestralingsapparaat een ct-scan maakt. Mocht je echt op het punt van doodgaan staan dan weten ze het in elk geval. Hoe fijn en zeker was dat.

Nu sjok je door. Richting lift en richting wachtkamer vol hoestende en rochelende mensen. Allemaal met een zeer sombere uitdrukking op hun gezicht. Het kan niet aan de koffie liggen. De machines met gratis koffie werken perfect en dankzij de incheckpaal weet je dat de afspraken redelijk op tijd lopen.

Eindelijk gaat de deur open en roept de dokter, altijd met een glimlach op haar gezicht, jouw naam. Eenmaal binnen neem je amper de tijd om te gaan zitten. De dokter krijgt de kans niet om te vragen hoe het gaat. Eerst de uitslag en daarna vertel je wel hoe grandioos goed het met je gaat.

Je hoort dat de bestralingen goede resultaten hebben opgeleverd. De enige onruststoker is op dit ogenblik je tumor . De verdwaalde kliertjes in je rechter oksel hebben een andere reden om licht te geven. Niet iets om je zorgen over te maken.

Je hoort jezelf nog wat vragen stellen. Iets over het vervolgtraject, iets over het hoesten, iets over de werking van je nieren. De antwoorden waaien langs je heen en af en toe probeer je er één te vangen. De vermoeidheid valt als een deken over je heen.

En dan slof je het ziekenhuis uit. Dit keer met de wetenschap dat de zandloper even horizontaal gelegd is. Even rust om wat extra zand in de zandloper te stoppen voordat hij weer rechtop wordt gezet.

Natuurlijk overheerst blijdschap. ’s Avonds stroomt de adrenaline door mijn lijf, ik stroom over van levenslust en kan amper stilzitten. Euforie alom.

Tot de volgende morgen, dan is het weer gewoon wakker worden als altijd. Eventjes wat wegdoezelen totdat je het ineens weer weet. Je hebt kanker en dat is een behoorlijke kutzooi. ; -)

Dus deze week de schouders er weer onder zetten. Koffie drinken bij een oud-collega, proefkonijn zijn bij het Integraal Kankercentrum Nederland in Utrecht, de tuin harken, mijn knutselproject genaamd “tak” afmaken (ja ja, takkewerk), koffertje pakken voor een weekendje herinneringen ophalen aan de Moezel, fotoproject afmaken, informatie over herbegraven inwinnen (hahaha, dat horen jullie wel in een volgende blog), Tommy eten geven en aaien ( ik heb even een oppas kat) en gewoon lekker gewone dingen doen.

En als klap op de vuurpijl kreeg ik net van een goede vriend de vraag of ik niet wilde schilderen onder begeleiding van Maxime. ( http://www.maxime-art.nl/ ).

Ik heb een zetje nodig om mijn schilderspullen weer af te stoffen en te gebruiken. Was hiermee al maanden (in mijn hoofd) mee bezig, maar kon me er niet toe zetten om het daadwerkelijk te doen. Hij heeft dat heel goed aangevoeld en actie ondernomen. Hoe

fijn is dat!

Doet mij meer dan ooit beseffen dat ik een geluksvogel ben. Ik heb zoveel lieve mensen om mij heen, die allen het beste met mij voor hebben. I’m a lucky bastard!


2 reacties