Amor vincit omnia 46
46
Hoe diep kan je zitten? Hoe wanhopig kan je worden? Daar heb ik geen antwoord op. Nee, dat is niet waar. Ik geef er liever geen antwoord op. Maar ik weet wel hoever ik zit. Hoever Joke zit. Er gaat namelijk weinig goed. Al weken lang. Het enige wat echt goed was, was de uitslag van het genetisch klinisch onderzoek, en de dag dat Joke thuis kwam. Daarna hadden we het gevoel dat er akelig weinig goed ging. Als je dan in een spiraal van wanhoop terecht komt, dan is het heel moeilijk om eruit te klimmen. Er zijn wel verbeteringen, maar nogmaals, wel héél kleine. En wat er was, nam er gruwelijk lang de tijd voor. Het wordt steeds moeilijker om kracht te putten uit wat er wel goed is. Die zakjes hoop moeten het doen tegen hele karrenvrachten tijd. Tijd heelt, zeggen ze toch? Nou, echt niet altijd. Het heeft twee gezichten. In ons geval is tijd iets waar we veel te veel, en veel te weinig van hebben. Jokes herstel neemt veel te veel tijd in beslag. Veel te lang, waardoor we in een neerwaartse spiraal dreigen te raken. Veel te weinig, want hoe lang duurt het voor ze aan de chemo kan beginnen? Tijd nekt ons, hoe we het ook bekijken. Ik denk dat tijd het hardste element is wat er bestaat. Hoe je het ook probeert, je kan geen seconde tegenhouden.
De tijd put ons ook uit. Geestelijk, lichamelijk. Moe, moedeloos, hopeloos, radeloos. Gedachten die tot een paar weken geleden niet eens bestonden, komen naar boven drijven Vanochtend kwam de oncologie verpleegkundige langs. Een echte regeltante. Ze had gelijk de vinger op de zere plek. Lichtpuntjes met dichtgeslagen ogen proberen te zien is een vrijwel onmogelijke taak. Zei ik niet eerder dat hulp wordt geboden aan hen die dat durven te vragen? Ze zorgde er meteen voor dat de huisarts zou komen. Hij kon dan kijken wat voor soort hulp we nodig hebben. Medicatie? Psychische bijstand? Wat dan ook. Zelf zou hij regelmatig de vinger aan de pols houden. Joke is op dit moment gebaat bij alle hulp die er maar voorhanden is. Vooral in geestelijke zin. Alle optelsommen van wat ze in een paar jaar tijd voor haar kiezen kreeg, zijn tot een uitbarsting gekomen. Ik sta machteloos. Voor het eerst moet ik mijn meerdere erkennen. De gezwellen zijn er niet meer, alleen nog opnieuw een preventieve chemo omdat haar klieren niet schoon bleken te zijn. Maar de ziekte woekert nu ook in haar geest. Haar pijn heeft nu meer nodig dan ik ooit voor mogelijk heb gehouden. Mijn sterke vrouw, de dapperste mens in mijn leven, kan het vechten niet meer alleen met mijn steun aan. Nee, al klinkt het misschien niet zo, ik ben ontzettend blij dat er ook op dat vlak hulp voorhanden is.
Wat ze gelukkig wel doet, is het weer fijn vinden dat er lieve mensen langs komen. Dan geniet ze. Heerlijk even andere gezichten, inzichten. Dan neem ik de tijd om uitgebreid met de honden naar het bos te gaan.
Hoe diep kan je zitten? Hoe wanhopig kan je worden? Daar heb ik geen antwoord op. Nee, dat is niet waar. Ik geef er liever geen antwoord op. Maar ik weet wel hoever ik zit. Hoever Joke zit. Er gaat namelijk weinig goed. Al weken lang. Het enige wat echt goed was, was de uitslag van het genetisch klinisch onderzoek, en de dag dat Joke thuis kwam. Daarna hadden we het gevoel dat er akelig weinig goed ging. Als je dan in een spiraal van wanhoop terecht komt, dan is het heel moeilijk om eruit te klimmen. Er zijn wel verbeteringen, maar nogmaals, wel héél kleine. En wat er was, nam er gruwelijk lang de tijd voor. Het wordt steeds moeilijker om kracht te putten uit wat er wel goed is. Die zakjes hoop moeten het doen tegen hele karrenvrachten tijd. Tijd heelt, zeggen ze toch? Nou, echt niet altijd. Het heeft twee gezichten. In ons geval is tijd iets waar we veel te veel, en veel te weinig van hebben. Jokes herstel neemt veel te veel tijd in beslag. Veel te lang, waardoor we in een neerwaartse spiraal dreigen te raken. Veel te weinig, want hoe lang duurt het voor ze aan de chemo kan beginnen? Tijd nekt ons, hoe we het ook bekijken. Ik denk dat tijd het hardste element is wat er bestaat. Hoe je het ook probeert, je kan geen seconde tegenhouden.
De tijd put ons ook uit. Geestelijk, lichamelijk. Moe, moedeloos, hopeloos, radeloos. Gedachten die tot een paar weken geleden niet eens bestonden, komen naar boven drijven Vanochtend kwam de oncologie verpleegkundige langs. Een echte regeltante. Ze had gelijk de vinger op de zere plek. Lichtpuntjes met dichtgeslagen ogen proberen te zien is een vrijwel onmogelijke taak. Zei ik niet eerder dat hulp wordt geboden aan hen die dat durven te vragen? Ze zorgde er meteen voor dat de huisarts zou komen. Hij kon dan kijken wat voor soort hulp we nodig hebben. Medicatie? Psychische bijstand? Wat dan ook. Zelf zou hij regelmatig de vinger aan de pols houden. Joke is op dit moment gebaat bij alle hulp die er maar voorhanden is. Vooral in geestelijke zin. Alle optelsommen van wat ze in een paar jaar tijd voor haar kiezen kreeg, zijn tot een uitbarsting gekomen. Ik sta machteloos. Voor het eerst moet ik mijn meerdere erkennen. De gezwellen zijn er niet meer, alleen nog opnieuw een preventieve chemo omdat haar klieren niet schoon bleken te zijn. Maar de ziekte woekert nu ook in haar geest. Haar pijn heeft nu meer nodig dan ik ooit voor mogelijk heb gehouden. Mijn sterke vrouw, de dapperste mens in mijn leven, kan het vechten niet meer alleen met mijn steun aan. Nee, al klinkt het misschien niet zo, ik ben ontzettend blij dat er ook op dat vlak hulp voorhanden is.
Wat ze gelukkig wel doet, is het weer fijn vinden dat er lieve mensen langs komen. Dan geniet ze. Heerlijk even andere gezichten, inzichten. Dan neem ik de tijd om uitgebreid met de honden naar het bos te gaan.
5 reacties
En pijn doet helaas veel met je hoofd en wat je aan kan. Fijn dat er een oplettende verpleegkundige was en ik hoop dat de hulp jullie kan steunen in deze heftige tijd.
Ik hoop zo dat het gehamer op jullie uithoudingsvermogen een keer zal ophouden!! Want hoe dan ook: jullie zijn beiden wel hele mooie mensen, ook in het diepste dal.
Lieve groet, Marja