Het stadium van urineleiderkanker
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonArtsen delen kanker in stadia in. Zij gebruiken de indeling om de vooruitzichten in te schatten en een behandeling voor te stellen.
Het stadium geeft aan hoever de ziekte zich heeft uitgebreid. Bij nierbekkenkanker kijkt de arts waar de tumor zit en hoe groot die is. Verder kijkt de arts of de tumor in ander weefsel is doorgegroeid en of er uitzaaiingen zijn.
Met de uitkomsten van het lichamelijk onderzoek, het beeldvormend onderzoek (CT-scan, eventueel MRI-scan, en/of PET-CT-scan) en het weefselonderzoek na de operatie bepaalt het behandelteam de TNM-indeling en de gradering van de tumor. Dit geeft belangrijke informatie over welke onderzoeken en behandelingen nodig zijn.
TNM-indeling
Met de TNM-indeling bepaalt de arts hoe ver de tumor gegroeid is, en of deze uitgezaaid is. De letters en cijfers delen de kanker in volgens een vast systeem. Elke kankersoort heeft zijn eigen TNM-indeling.
De arts gebruikt de letters T, N en M:
- T staat voor tumor en zegt iets over de grootte van de tumor en hoever de tumor is doorgegroeid in het weefsel eromheen
- N staat voor lymfeklier (‘node’) en geeft aan of er uitzaaiingen zijn in de lymfeklieren en hoeveel
- M staat voor metastasen, dat zijn uitzaaiingen in organen ergens anders in het lichaam
Op basis van de uitkomsten van het weefselonderzoek krijgt elk onderdeel een getal. Over het algemeen geldt: hoe hoger het getal, hoe meer de ziekte is uitgebreid.
Rapport van de patholoog
Bij de diagnose hoort een rapport van de patholoog. In dit rapport staat informatie over de soort tumor, de gradering en de TNM-indeling. Als je dat wilt, kun je een kopie van het pathologisch rapport vragen.
TNM-indeling bij urineleiderkanker
Dit is de TNM-indeling bij kanker van de hogere urinewegen:
T: primaire tumor
- Ta: is een oppervlakkige tumor. De kankercellen zitten alleen in de slijmvlieslaag (urotheel) van de urineleider/het nierbekken
- Tis: Er zitten afwijkende cellen in de slijmvlieslaag van de urineleider/het nierbekken, maar het is nog geen kanker. Dit heet het voorstadium.
- T1: De tumor groeit in de bindweefsellaag (de laag onder de slijmvlieslaag)
- T2: De tumor groeit door in de spierlaag (de laag onder de bindweefsellaag).
- T3: De tumor groeit door in omliggend vetweefsel
- T4: De tumor groeit door in organen in de buurt, of groeit door de nier in het vetweefsel dat eromheen ligt.
N: Lymfeklieren in het gebied van de tumor (regionale lymfeklieren)
- N0: Er zitten geen kankercellen in de lymfeklieren
- N1: Er zit een uitzaaiing in 1 lymfeklier. De uitzaaiing is maximaal 2 cm
- N2: Er zitten een uitzaaiing in 1 lymfeklier die is groter dan 2 cm. Of er zitten uitzaaiingen in meerdere lymfeklieren.
M: uitzaaiingen op afstand
- M0: er zijn geen uitzaaiingen in andere organen
- M1: er zijn uitzaaiingen in andere organen. Lees meer over uitzaaiingen bij urineleiderkanker.
Gradering van de tumor
De patholoog onderzoekt de kankercellen onder een microscoop en bepaalt de gradering van de tumor. De gradering zegt iets over de groeisnelheid van de tumor en de snelheid waarmee de tumor uitzaait. Het zegt dus iets over hoe kwaadaardig de kanker is.
Tumoren van de urineleider zijn in te delen in laaggradige en hooggradige tumoren:
- Laaggradig betekent dat de kankercellen langzaam groeien en niet snel uitzaaien.
- Hooggradig betekent dat de kankercellen sneller groeien en sneller uitzaaien.