Behandeling van een mucosaal melanoom per stadium
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonDe behandeling die je voor een mucosaal melanoom krijgt, hangt onder andere af van het stadium van de kanker. Met stadium bedoelen we hoe ver de ziekte is.
Lees op deze pagina over:
- Behandeling van een lokaal beperkt mucosaal melanoom
- Behandeling van lokaal uitgebreid mucosaal melanoom
- Behandeling van uitgezaaid mucosaal melanoom
Weet je het stadium niet? Vraag het aan je arts. Het staat ook in je patiƫntendossier.
Bekijk alle behandelingen bij een melanoom.
Behandeling van een lokaal beperkt mucosaal melanoom
Zitten de kankercellen alleen nog in het slijmvlies of de laag daaronder? Dan krijg je meestal een operatie. De arts haalt het mucosaal melanoom weg.
Na de operatie krijg je soms nog een behandeling met bestraling. Dit is om kankercellen die er misschien nog zitten te doden. En om de kans dat de tumor terugkomt kleiner te maken.
Doel van de behandeling is om je te genezen.
Behandeling van lokaal uitgebreid mucosaal melanoom
Is het mucosaal melanoom uitgezaaid naar lymfeklieren dicht bij de tumor? Dan krijg je meestal een operatie. De arts haalt het mucosaal melanoom weg. En alle lymfeklieren in de buurt van de tumor.
Na de operatie krijg je soms nog een behandeling met bestraling. Dit is om kankercellen die er misschien nog zitten te doden. En om de kans dat de tumor terugkomt kleiner te maken.
Behandeling van een uitgezaaid mucosaal melanoom
Heb je een mucosaal melanoom met uitzaaiingen in andere organen, bijvoorbeeld je lever of je longen? Dan kun je niet meer genezen. Je kunt dan nog wel behandelingen krijgen. Bijvoorbeeld om je klachten minder erg te maken. Of om ervoor te zorgen dat je langer kunt leven met de ziekte. Dit heet een palliatieve behandeling.
Voorbeelden van palliatieve behandelingen bij een mucosaal melanoom zijn:
Misschien kun je meedoen aan een medisch-wetenschappelijk onderzoek (trial) naar andere behandelingen. Dit zijn behandelingen die er soms voor zorgen dat uitzaaiingen minder snel groeien. Bespreek dit met je arts.
Je kunt ook hulp en begeleiding krijgen bij:
- omgaan met klachten: bijvoorbeeld pijn of erg moe zijn
- omgaan met angst en depressie
- levensvragen, bijvoorbeeld: wat is nu nog belangrijk voor mij?
Lees meer over palliatieve zorg bij kanker.