Onderzoeken bij bijnierkanker
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonHeb je een hoge bloeddruk of andere klachten die passen bij problemen met de bijnier? Dan stuurt je huisarts je meestal door naar een internist-endocrinoloog. Dat is een arts met veel kennis van hormonen. In het ziekenhuis krijg je verschillende onderzoeken.
Lees op deze pagina over:
- Onderzoeken om te kijken of je bijnierkanker hebt
- De uitslag bijnierkanker (diagnose)
- Extra onderzoeken na de uitslag bijnierkanker
Onderzoeken om te kijken of je bijnierkanker hebt
Je huisarts doet vaak eerst zelf onderzoek. Bijvoorbeeld door goed naar je lichaam te kijken. Door te veel bijnierhormonen kan op ongewone plekken haar gaan groeien en kan je huid er anders uitzien. De huisarts kan ook bloedonderzoek doen.
Zo nodig stuurt je huisarts je naar het ziekenhuis, naar een internist-endocrinoloog. Deze arts heeft veel verstand van ziektes die met hormonen te maken hebben. In het ziekenhuis krijg je verschillende onderzoeken, bijvoorbeeld:
- bloedonderzoek – om te kijken of je te veel hormonen in je bloed hebt
- onderzoek van je urine (plas) – om te kijken of je te veel hormonen in je lichaam hebt
- echo of CT-scan – om afwijkingen in je buik te zien
- PET-scan – om uitzaaiingen in het lichaam op te sporen
Je krijgt niet altijd alle onderzoeken. Dat ligt aan je situatie.
Meestal geen biopsie bij bijnierkanker
Bijna alle mensen met bijnierkanker krijgen een operatie. Daarom is een biopsie meestal niet nodig. Bij een biopsie haalt de arts weefsel weg voor onderzoek. Wil de arts toch een biopsie doen? Dan gebruikt de arts daarvoor een uitzaaiing.
De uitslag bijnierkanker (diagnose)
Bijna alle mensen met een tumor in de bijnier of een vergroting van de bijnier krijgen een operatie. Dan haalt de arts de bijnier met de tumor weg. De patholoog onderzoekt het weefsel van de tumor. Daarna is vaak pas duidelijk om welke soort tumor het gaat. En of het kanker is.
Als de uitslagen van deze onderzoeken er zijn, heb je een gesprek met je arts. Je hoort dan:
- de uitslagen van de onderzoeken en de diagnose
- of er nog meer onderzoeken nodig zijn
- welke behandelingen mogelijk zijn
Vaak heb je na het gesprek met je arts een gesprek met een verpleegkundige om alles op een rijtje te zetten.
Een gesprek voeren met je arts is niet altijd makkelijk. Er is misschien te weinig tijd om al je vragen te stellen. Of je arts gebruikt moeilijke woorden. Misschien merk je dat je niet alle informatie van je arts kan onthouden. Het helpt om goed voorbereid naar het gesprek te gaan. Lees onze tips voor het gesprek met je arts over bijnierkanker.
De uitslagen van de onderzoeken en de diagnose
De arts vertelt je wat er uit de onderzoeken is gekomen. Is het bijnierkanker of niet?
Vaak gebruikt de arts de woorden positief of negatief bij de uitslag van een onderzoek. Dit kan verwarrend zijn. Positief betekent dat er een afwijking is gevonden. Dat kan kanker zijn, maar dat hoeft niet per se. Negatief betekent dat er niets is gevonden.
Soms is er nog niet helemaal duidelijk wat er aan de hand is en krijg je meer onderzoeken. Je krijgt dan soms wel een voorlopige diagnose.
Is er meer onderzoek nodig?
Blijkt het inderdaad bijnierkanker te zijn? Dan krijg je vaak nog een aantal onderzoeken. Je arts bekijkt dan hoe groot de tumor is en of er uitzaaiingen zijn. Zo kan de arts bepalen welke behandeling voor jou het meest geschikt is.
Het kan helpen om dit gesprek goed voor te bereiden. Bekijk onze Vragen die je kunt stellen over de onderzoeken.
Mogelijke behandelingen
Je arts vertelt vaak al kort welke behandeling(en) mogelijk zijn. Meestal krijg je daarna nog een tweede gesprek waarin de arts je behandelplan uitgebreider met je bespreekt.
Lees meer over In gesprek met je arts over de behandeling van bijnierkanker.
Extra onderzoeken na de uitslag bijnierkanker
Na de diagnose kan de arts extra onderzoek doen. Bijvoorbeeld om te kijken of de tumor is doorgegroeid in andere weefsels. Of is uitgezaaid. Voorbeelden van onderzoeken die je na de uitslag bijnierkanker kunt krijgen:
