De eerste chemo.....
Het is woensdag 22 mei 2013. De volledige uitslag van het biopt is er nog steeds niet. Het is nu wel definitief dat het om een non-hodgkin lymfoom gaat, maar de precieze typering er van is nog niet bekend. Er is hierdoor ook niet bekend of immunotherapie van invloed zal zijn op de tumor.
De zaalarts komt langs. Ik krijg vandaag mijn eerste chemo, maar zonder de immunotherapie.
Arnoud en mijn moeder zijn er. Omdat er geen bed beschikbaar is in de chemo-unit krijg ik de chemo op mijn kamer. Een nieuw infuus wordt ingebracht. Terwijl ik voorheen bloed gaf heb ik ondertussen een angst gekregen voor die naalden. Het doet zo’n zeer en het inbrengen is elke keer zo’n gedoe.
Ik heb afgelopen week ook al iemand van het lab weggestuurd. Hij had een opdracht om bloed te prikken, maar dit was maar voor 1 buisje. De opdracht was voor bepaling Hb en bloedcellen. Ik wist dat er meer geprikt moest worden omdat er meer waardes bepaald moesten worden. Ik ging mij die dag echt geen 2 keer laten prikken omdat de opdrachten niet gebundeld waren!
Met regelmaat komt een verpleegkundige langs om te kijken hoe het gaat. Het is raar idee dat ik allemaal rotzooi mijn lijf in krijg waar ik beter van moet worden. De verpleegkundigen dragen extra dikke handschoenen en nemen allerlei maatregelen om het contact met die troep te vermijden en ik krijg het direct mijn bloedbaan in.
Ik lig nog geen uur aan de chemo en er komt een verpleegkundige vertellen dat ik de volgende dag toch de immunotherapie krijg. Blijkbaar zijn de uitslagen binnen.
Ik voel tijdens de toediening van de chemo niets bijzonders en ben opgewekt. Ik vind het allemaal vrij spannend. Hoe zal ik reageren? De adrenaline houdt me op de been denk ik.
Arnoud zijn moeder Conny en Mia komen langs. We hebben het over pruiken en mutsjes. Er is een optie om een haarstuk te maken van mijn eigen haar. Dan krijg je een haarband met je haar eraan die je onder een pet of muts kunt dragen. Langzamerhand begin ik hoofdpijn te krijgen. Een stekende pijn in mijn hoofd. Ik besluit het wat rustiger aan te doen en echt te gaan liggen. Nou ja, liggen. Ik slaap al weken in een hoek van 90 graden omhoog omdat ik anders te benauwd wordt. De chemo heb ik al een paar uur geleden gehad.
Ik begin nu echt
misselijk te worden en die knallende hoofdpijn wordt ook niet minder. Ik had al
paracetamol gehad, daarvan slik ik er al dagen 6-8 per dag. Nu komt de
verpleging met iets voor in mijn infuus. Ik ben heel onrustig en voel me
ellendig. Knallende hoofdpijn en misselijk, en dat moet dan nog 7 keer? Hoe ga
ik dit volhouden. En de volgende keren ben ik na de chemo thuis, hoe moet dat
dan? Ik vraag Arnoud de deur van mijn kamer dicht te doen. Het is bijna tijd
dat de kar met eten de gang op komt. Ik ben bang dat wanneer ik eten ruik ik
moet overgeven.
Er zijn geen oplossingen meer voor de misselijkheid. Alles wat ze me kunnen geven heb ik gehad. Ik heb het zwaarste middel tegen de misselijkheid al tijdens de chemo gehad. Ik heb nog een ander middel gehad in mijn infuus. Hier moet ik het mee doen. Ik voel me beroerd en zielig, ik heb medelijden met mezelf.
Ineens besef ik me dat ik medelijden heb met mezelf. Daar ga ik deze strijd niet mee winnen. Wanneer ik hier me zo laat begaan ga ik straks overgeven. En wanneer ik daar eenmaal mee start dan is de rem eraf, dat ga ik niet kunnen stoppen. Ik herinner me de woorden van Jan van de avond ervoor over het opmaken voor de strijd. ‘Gevechtsgereed maken’ om even in Defensietermen te blijven. Zo ga ik het niet redden, zo ga ik de strijd niet winnen. Medelijden is zwelgen, dat is in een neerwaartse spiraal de put bereiken. ‘ik moet strijden!’
Vanaf dat moment gaat het wat beter met me. Ik voel de misselijkheid en de hoofdpijn nog wel maar ik laat ze me niet de baas worden. Als ik dit goed wil doorstaan betekent het vechten, en als ik ergens goed in ben is het vechten!
----------------------------------------------
Voordat ik ziek werd was ik werkzaam als leiderschapscoach. Ik merkte in mijn eigen verwerkingsproces dat het lastig was juiste begeleiding te krijgen. Omdat ik voel dat ik andere (ex)kankerpatiënten kan helpen heb ik mijn praktijk omgegooid. Ik richt mij nu helemaal op coaching na kanker.
---------------------------------------------