Een emotionele achtbaan
Lief dagboek,
vandaag ....
Daar begint het meestal mee. Maar niet dit keer. Voor mijn verhaal moeten we terug in de tijd gaan. Naar de tijd dat ik nog geen idee had wat er in mij aan het groeien was.
Het moet zo’n 3 of 4 jaar geleden zijn dat de eerste irritatie kwam, samen met de kou. Ik had wat last van mijn kies aan de linker kant. Kan gebeuren. En ik lette er niet zo op. Nou moet ik er bij vertellen dat ik een vrij hoge tollerantie voor pijn heb. En daarbij was de pijn er niet de hele tijd. Het was gewoon lastig. Soms zeurde het wat maar met een paracetamol werd het onderdrukt. Niets aan de hand.
Een jaar daarop was de pijn meer aanwezig. Vooral als het koud werd. En daar ik iedere dag naar mijn werk fietste kreeg ik er ook meer en wat vaker last van. Maar nog steeds werkte de paracetamol en ik liep, natuurlijk, weer door.
In de lente, als de temperatuur op begon te lopen verdwenen de klachten en vergat ik het. Maar het was natuurlijk nooit helemaal weg.
Vorig jaar, net voor de winter, kwamen de klachten weer op. En dit maar weer pijnlijker dan het jara daar voor. Soms zat ik ‘s nachts beneden op de bank met een zeer heftige aanval. Mijn halve hoofd deed dan pijn. Een paracetamol werkte bijna niet en dus ging er een ubuprofen achteraan. Na zo’n 3 kwartier was de pijn genoeg gezakt om weer terug naar bed te gaan.
Na de nodige aanvallen vond ik het tijd om naar de tandarts te gaan. Niet dat ik daar graag heen ging maar ik vond dat het zo niet verder kon. Ze deed een kort onderzoek en concludeerde dat het om een gevoelige kies ging. Dat zou inderdaad zo kunnen zijn. En dus kocht ik een mondspoeling tegen gevoelige tanden en kiezen. Ook droeg ik geregeld iets om mijn nek daar ik er achter was gekomen dat de klachten vooral kwamen als het kouder begon te worden. Het idee van een extreem gevoelige kies was dus niet zo gek.
Dit jaar kwam de pijn als een harde klap. Pijnstilling, ik was zowat verslaafd aan uboprofen, werkte steeds later. De aanvallen kwamen, toen het eenmaal kouder werd, steeds vaker. De pijn was soms niet te houden en ik zat vooral ‘s nachts meer dan geregeld op de bank beneden. Maar ook overdag kon het mij overvallen.
Ik merkte dat de pijn vooral kwam als de temperatuur vanaf plus 6 snel naar beneden aan het gaan was. Het hoogtepunt lag tussen de plus 5 en 0 graden.
De afspraak met de tandarts heeft best wel een tijd geduurd, mischien wel weken. Ik durfde er niet heen te gaan daar ik bang was dat ze de gevoelige kies gingen trekken en daar ik er erg vervelende ervaringen mee had stelde ik het steeds uit. Maar uiteindelijk, na teveel pijn, heb ik een afspraak gemaakt.
De tandarts heeft foto’s bekeken en diverse testjes gedaan. Weer was de conclusie dat het een extreem gevoelige kies moest zijn. Ik moest met speciale tandpaste poetsen en mondspoeling tegen gevoelige kiezen gebruiken. Helaas gingen de aanvallen gewoon door.
Tot het moment dat ik per toeval een bult in mijn nek net onder mijn kaak voelde. Natuurlijk drukte ik er op en kwam er achter dat daar de pijn vandaan kwam! Het was niet de kies maar iets wat onder mijn kaak zat. Het was een bult van 1 bij 2 centimeter. En dat was natuurlijk niet te zien op de foto’s van de tandarts. Die concentreerd zich op tanden en kiezen.
De afspraak met de huisarts was snel gemaakt. Na wat voelen, duwen en knijpen vond ze de bult, een verdikte lymfeklier, enigsinds verdacht en vond dat ik een afspraak moest maken om een echo te laten maken. Op de verwijzing stond dat het semi-spoed was. Niet levensbedreigend maar belangrijk genoeg voor voorrang.
Niet lang daarna lag ik op een bank waarbij een arts een echo maakte van mijn hele nek. Geen prettig onderzoek maar uiteraard wel nodig. Maar de arts mocht natuurlijk niet vertellen wat hij had gevonden.
Na enkele dagen later belde mijn huisarts met de mededeling dat er een vervolgonderzoek moest komen door een internist.
Niet lang daarna zat ik in het ziekenhuis. Mijn vrouw was gelukig mee want dit soort avonturen doe ik liever niet alleen. Een weer werd er aan gezeten, een heel vervelend gevoel achter latend. Ook werden de andere lymfeklieren onderzocht. Het was een opluchting dat die gezond waren. Een schrik was wel dat ik bloed moest laten prikken. Ik ben nogal bang voor naalden. Gelukkig ben ik de laatste twee jaar een speldenkussen op dat punt, vooral door de tandarts maar dat is een ander verhaal.
Als je wel eens de uitslag van een bloedonderzoek heb gehad via een app weet je hoeveel moeilijke woorden daar staan. Ik zal ze dan ook niet herhalen hier. Het door kijkend konden we zelf niet veel spannends vinden. Maar wij zijn nauurlijk geen specialisten.
Waar we nu op wachten is een afspraak voor een biopsie. Ze gaan een stukje weefsel op de klier halen. Met een soort kleine appelboor, aldus de internist. In eerste instantie gaan ze het proberen met een kleine naald. Mocht daar te weinig weefsel door meekomen dan krijg ik een kleine snee en halen ze meer weefsel op. Daarna moet ik een dag of 4 wachten op de uitslag.
Nou, de biopt heb ik gehad en dat viel zwaar tegen. Hoewel de assistent van tevoren zei dat de meeste mensen het vonden meevallen was dat bij mij niet het geval. De verdoving was erg pijnlijk en toen bleek dat dat niet genoeg was kreeg ik er nog een! Wat een pijn gaf dat!
Daarna werd de biopt genomen. Het was alsof ze de loop van een luchtdrukpistool tegen de klier zetten en afvuurde. En daarna nog een keer. Ik dacht dat ik dwars door de tafel ging.
Een week later zou ik de uitslag krijgen.
In het ziekenhuis kwam de behandelend arts mij roepen. Maar ik zag al aan haar gezicht dat het slecht nieuws zou worden. En inderdaad. Er was een uitzaaiing van kanker gevonden in de klier.
Wat veranderd dat je leven! Ik wist het van anderen maar het is heel anders als je zelf de diagnose krijgt. Je wereld stort in en niets is meer belangrijk.
Ik moet er wel bij vertellen dat het gewoon kort en duidelijk verteld werd. Dat vind ik persoonlijk altijd wel prettig. IK hoef geen aanloop te hebben naar slecht niets.
Er werd gelijk een spoed-afspraak gemaakt voor een CT scan en met een KNO arts.
Mijn vrouw en oudste zoon waren mee gegaan. Op die manier had mijn vrouw tenminste wat aanspraak want ik was geestelijk teveel van de wereld.
De KNO arts, een erg vriendelijke en kundige man, snapte dat ik een extreme kokhalsreflex heb en deed het onderzoek met een camera op een steeltje via de neus. Ook niet prettig maar heel wat beter dan via de mond.
Naar zijn mening was het een plaveiselcelcarcinoom. En die kon alleen komen van eem kwaadaardig kanker in de slijm vlies. Volgens hem is dat goed te behandelen. Op dat moment waren we even blij want de kans dat het verderop in het lichaam zou zitten is minimaal.
Maar dat blij zijn was van korte duur. Je bent en blijft een kankerpatient en de behandeling kan behoorlijk heftig zijn, afhankelijk waar het zich genesteld heeft.
Persoonlijk beleef ik een emotionele achtbaan. Het ene moment ben ik gewoon mijzelf en blij en het volgende moment een wrak dat huilt. Ik heb besloten dat ik wel gewoon naar mijn werk ga. Thuis zit ik mij maar op te vreten en loop doelloos rond. Daarbij werkt mijn vrouw, voor zover ze dat kan onder deze omstandigheden, ook door. Op mijn werk heb ik de hulp van mijn assistente die, hoewel ik haar nog aan het inwerken ben, een groot deel kan overnemen als dat nodig is. Ook is ze een luisterend oor voor mij. Maar of ik de week naar het volgende onderzoek vol maak weet ik nog niet. Gelukkig kan ik het zelf beslissen en gaat mijn leidinggevende van mijn oordeel uit.
Het volgende onderzoek hangt af van wat de specialisten onderling beslissen. Mijn behandelend arts wil een CT scan en de KNO arts wil dat ik gelijk naar een ander ziekenhuis ga wat gespecialiseert is in KNO. Dat is even afwachten. Zelf lijkt mij een CT scan altijd wel nuttig maar ik ga uit van wat de artsen beslissen.
Wordt vervolgd.