Ruimte voor (zelf)onderzoek

Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.

Naar colofon
Opslaan

Deze tekst is afkomstig van overwegmetkanker.nl. De AYA die deze tekst geschreven heeft, blijft liever anoniem.

Communicatie komt altijd van twee kanten. Je kunt zelf een aantal dingen doen om de communicatie met vrienden goed te laten verlopen. In het kort: laat weten wat je denkt en voelt, en waar je behoefte aan hebt. Oordeel niet, vul niet in, neem niets aan zonder dat je gecheckt hebt of het waar is.

Ergens halverwege mijn ziekteproces heb ik twee bewuste keuzes gemaakt. Ik zag het aantal mensen dat nog uit zichzelf contact met me opnam, behoorlijk slinken. Ik was boos, maar ik begreep het ook. Want als ik mensen wel zag, konden gesprekken stroef zijn. En baalde ik zelf ook dat we niet als vanouds iets gezelligs en simpels konden doen.

Ik besloot, hoe moeilijk dat ook was, te doen wat ik kon om het beter te maken: uitleggen hoe het voor mij was, uitspreken dat ik begreep dat hun leven doorging, hulp vragen.

De tweede keuze die daarvoor nodig was, was dat ik foute opmerkingen en andere vormen van onhandigheid met de mantel der liefde moest bedekken. Daarin hielp de communicatietheorie over feedback geven en slechtnieuwsgesprekken me een handje. Als er hele trainingen worden gegeven om dit op een goede manier te leren doen, dan moest ik mijn vrienden ook vergeven dat zij die training niet hadden gehad.

Maar ik bleek geen moeder Theresa. Dat je kiest te 'accepteren' dat de ander is wie hij is, wil niet zeggen dat het soms geen pijn doet. Maar toch, de theorie. Om jou te helpen de moeder Theresa in jezelf aan te boren. 

De tips voor communicatie met je vrienden op een rijtje:

  • Leg uit hoe het voor je is.
  • Spreek uit dat je begrijpt dat hun leven doorgaat.
  • Vraag hulp.
  • Probeer je niet te storen aan ‘foute’ opmerkingen en andere vormen van onhandigheid.

Door kanker leer je je vrienden kennen

Inschatten wat bij kanker 'het juiste is om te doen' is niet eenvoudig. Kanker haalt ongewild de spontaniteit uit jullie gedrag. Ten eerste omdat je niet meer gewoon kunt doen wat jullie altijd samen deden. Je komt elkaar niet meer vanzelfsprekend tegen. En je hoort of ziet daardoor niet meer vanzelf hoe het met de ander gaat.

Ten tweede omdat over nare dingen praten (of daar juist niet over willen praten, terwijl het wel als een roze olifant in de kamer staat), iets is wat je moet leren. Door de onhandigheid die daar uit volgt, maakt je ziekte voordat je goed en wel doorhebt wat er gebeurt, op een harde manier onderscheid tussen de 'goede' en de 'slechte' vrienden.

Juist dat onderscheid maken tussen goed en fout helpt hierbij niet, hoe verleidelijk het ook is. Net als in een relatie, is het met elkaar uitpraten van misverstanden juist waardoor je dichter naar elkaar toe kunt groeien.

De blijvende vriend onderscheidt zich doordat jij dat proces met hem of haar durft aan te gaan, en hij met jou. En dat hij of jij dat op dat moment aankan, en aandurft, maakt hem niet goed of slecht. Het maakt hem mens.

Waarderen van vriendschap

Als je eerlijk bent: het is voor iedereen nieuw dat jij kanker hebt. Jij weet zelf niet eens wat dat met je doet en wat je het liefst zou willen, en de ander ook niet. Bovendien verschilt dat per moment of gebeurtenis. Dat maakt je onvoorspelbaar.

Je er bewust van zijn dat praten over kanker om (uitleg over) timing vraagt is dus belangrijk. Hetzelfde geldt voor jou, als jij naar het gedrag van je vrienden kijkt. Wees je ervan bewust dat het verkeerd vallen van een actie of opmerking ook komt door hoe jij je op dat moment voelt. Dezelfde opmerking of actie kan op een ander moment helemaal niet zo naar op je overkomen. Wie weet lach je er dan wel om. En dat die vriend uit zichzelf vergeet te vragen hoe het met je is, is dat echt zo erg als het wel iemand blijkt te zijn die direct bereid is met je naar het ziekenhuis te gaan, als je hem daarom vraagt?

Iedereen is anders. Als je eerlijk kijkt naar wie goed past bij wat je graag op verschillende momenten zou willen, kun je iedereen de kans geven een goede vriend voor je te zijn. Als je niet ziek bent, doe je ook niet met iedereen dezelfde dingen en verwacht je ook niet dat alles met iedereen even leuk is. Waarom zou dat met kanker ineens anders zijn?

Aannemen, invullen en (ver)oordelen

In communicatietrainingen leer je een aantal dingen. Bijvoorbeeld:

  • dat je moet luisteren, samenvatten en doorvragen (in plaats van het gesprek overnemen en voordat je weet hoe het zit al adviezen geven).
  • dat je vanuit jezelf moet praten in plaats van met een jij-boodschap bij het geven van feedback
  • dat je op moet passen voor invullen of projectie
  • dat je moet zeggen waar je behoefte aan hebt in plaats van dat je alleen kritiek geeft op wat de ander doet
  • dat je moet inleven in plaats van meeleven.

Dat is nogal wat. Brené Brown is een wetenschapper die hier heel mooie boeken over heeft geschreven en filmpjes over heeft gemaakt. Ze legt heel helder uit waarom meeleven (wat de ander vertelt interpreteren vanuit je eigen referentiekader) vaak zoveel slechter werkt dan inleven (je verplaatsen in de ander en je afvragen hoe de ander het beleeft). Iemand die inleeft, vraagt en checkt. Iemand die meeleeft neemt aan en veronderstelt.

Bij kanker gaat dat laatste al snel mis. Want om te begrijpen wat kanker met iemand doet, moet je én kanker kennen, en weten wie de ander is. Want kanker is groot, heftig, en voor iedereen anders. Deze pagina vat Browns verhaal over empathie goed samen.

Lompe opmerkingen

Hoe komt het toch dat we zo makkelijk en zo onbedoeld de meest lompe dingen zeggen? Daarin hielp me het herkennen van drogredenen. En het herkennen van de momenten waarop je gebruik maakt van drogredenen.

Drogredenen zijn argumenten waarmee je de ander afleidt van een ongemakkelijke vraag. In plaats van dat je eerlijk antwoord geeft dat je iets niet weet, of dat je er niet over wilt praten, maak je een omweg: je geeft bijvoorbeeld commentaar op de manier waarop iemand de vraag heeft geformuleerd (dat zeg je toch niet!) of je speelt op de man (jij bent echt de laatste die het recht heeft mij dat te vragen!).

Dat er hele cursussen in het herkennen en doorgronden van drogredeneringen bestaan, zegt veel over hoe groot onze neiging is om in drogredenen te vervallen. Het is ongelofelijk moeilijk: toegeven dat je het niet weet. Of dat een vraag je onzeker maakt. Veel liever bluffen we ons er door heen. Met een foute grap. Met een veel te stellige uitspraak. Met een zeker weten dat de plank mis slaat.

De problemen komen van Venus, de oplossingen van Mars

Onze lompheid lijkt dus te maken te hebben met dat we het gevoel niet goed verdragen dat we machteloos zijn terwijl de ander het moeilijk heeft. We doen het allemaal voordat we het doorhebben: beter een ongevraagd advies geven, een ongepaste oplossing of erover heen praten, dan toegeven dat je er slecht tegen kunt dat je echt geen idee hebt wat je moet doen, om 'kanker' een beetje draaglijker te maken. 

We ontwijken het probleem onder andere op deze drie irritante manieren:

  1. Het probleem ontkennen of kleiner maken: 'Wat zie je er goed uit!' of bij een borstamputatie 'Nou, dan kun je in ieder geval wel eindelijk de borsten kiezen die je altijd al wilde hebben'.
  2. De ander de opdracht geven het te voorkomen: 'Heb je gehoord over dat dieet?' 'Je moet gewoon minder suiker eten.' 'Heb je gehoord van hennepolie? Dat schijnt kanker te genezen!' 'Als je maar positief bent. Van stress krijg je kanker.' 'Je bent toch wel gestopt met roken?'
  3. Over jezelf vertellen in plaats van luisteren. Je neemt het gesprek over en doet er met de verhalen die je kent nog een schepje bovenop: 'Weet je nog, die collega waar ik over vertelde? Die heeft inmiddels uitzaaiingen'. Of je vergelijkt wat de ander vertelt met iets van jezelf en slaat de plank volledig mis: 'Als ik moe ben ga ik altijd een rondje fietsen. Lekker mijn hoofd leeg maken.'

De moed om niet perfect te zijn

Brené Brown legt niet alleen uit wat het verschil tussen meeleven en inleven is. Ze probeert ons ook uit te leggen dat het moed vraagt om kwetsbaar te durven zijn. Toe te geven dat je het niet weet, het moeilijk hebt, of moeilijk vindt. Merk je dat je de neiging hebt om over je vrienden te oordelen? Of ben jij die vriend die, nadat-ie wegloopt, wenst dat-ie zijn tong had ingeslikt? Dan kan het van waarde zijn wat van haar hand te lezen.

Probeer toe te geven dat je zelf geen haar beter bent. Hoe pijnlijk het ook is om toe te moeten geven. Is het je al opgevallen dat je zelf, ondanks wat je zelf hebt meegemaakt, precies hetzelfde doet bij het leed van een ander? Of ligt het alleen maar op het puntje van je tong en heb je geleerd die er af te bijten? Niet per se fijner, want heel spontaan word je daar niet van.

Wat verschil kan maken in het sociale ongemak rond kanker, is erkennen dat niemand perfect is. Jij niet en je omgeving niet. Het is bijna onmogelijk voor de ander om geen fouten te maken. Net zoals er ongetwijfeld een moment komt waarop het jou niet zal lukken om eerst diep adem te halen en je veel te boos zult worden over een ongepaste goedbedoelde opmerking. Of dat je geïrriteerd zult raken over alweer een boeket bloemen, terwijl je liever bezoek had gehad. Je bènt per slot van rekening moeder Theresa niet.

Praat erover en lach erom

Dus: verzwijg het niet, dat we met zijn allen fouten maken. Bedenk dat je daarover ook gewoon iets hardop kunt zeggen. Laat je vrienden deze pagina's lezen. Benoem het. Bespreek het. Zeg sorry. Onderzoek hoe het voortaan anders kan. Lach samen om hoe idioot moeilijk de situatie is. Om jullie onbeholpenheid. Dan kun je daarna tenminste samen verder. Als je jou en je vrienden één cadeau 'ondanks kanker' zou kunnen geven is het wel te proberen die luchtigheid terug in jullie vriendschap te krijgen.

Vind je het interessant om een boek te lezen over communicatie en omgaan met kanker, dan is Sterkte met je tumor een veelgehoorde tip.

Colofon

Met medewerking van:

Gemaakt door de redactie van kanker.nl

Laatste update: november 2023