?

Geen weg te ruw, geen droom te groot, Ik draag mijn last, mijn eigen boot. De wind mag keren, de golven slaan, Toch blijf ik recht, ik blijf bestaan.

In elke traan schuilt nieuwe kracht, Elke val heeft mij wat bijgebracht. De weg is lang, de toppen hoog, Maar ik geef niet op, dit is mijn troost.

Het licht lonkt daar, aan de horizon, Elke stap dichterbij, vol passie en droom. Dus vecht ik voort, hoe zwaar de strijd, Want opgeven? Dat is niet mijn realiteit.