Aftellen.

Zes tot acht weken wachten op de verlossende operatie. Strottenhoofd eruit, borstspier gebruiken om de boel te modelleren en dan kan je alles weer eten en drinken, als het goed gaat.
Het maakt mij niks uit, als ik nog maar een keer met mijn meisje in Duitsland op een terrasje aan de Main of de Rijn een biertje kan drinken! Volgens mij heb ik dat aan iedereen verteld, de oncoloog, de verpleging, de psycholoog, de psychiater en iedereen die het maar wilde of niet wilde horen.
Dus wachten en weer de zuurstoftank in. Met een plakhoed deze keer vanwege die tube in mijn keel. Een plakhoed is een ring die met tape luchtdicht op je borst wordt vastgetaped waarop een plastic kap, luchtdicht, wordt vastgeklikt, daarin wordt zuivere zuurstof gepompt door een slang en afgevoerd aan de andere kant, ook met een slang. Vacuum verpakt dus. En om het echt leuk te maken, je kan dat ding zelf niet afdoen......Niemand in de tank kan dat. De medewerkers wel, maar die moeten eerst door een sluis op dezelfde druk komen als er in de tank heerst. Dat duurt een paar minuten. Als je een keer op een haar na dood bent geweest door verstikking, is dat idee alleen al niet prettig en als je niet kan slikken en je speeksel een uur in je mond ophoopt en langs je kin die hoed indruipt is het bepaald ellendig. (elk uur was er een pauze en werd de plakhoed even afgedaan door een medewerker).
Het ging niet meer in die tank. Met een filter op mijn tube kon ik niet voldoende ademhalen dus die ging eraf. Zuivere zuurstof rechtstreeks door dat gat in mijn keel de longen in. Niet goed, niet doen. Ik viel kilo's af, was koud als een steen (met een elektrische deken op de bank, in juli) en toen de oncoloog besloot: stoppen was ik zo blij als een kind.
Het was wel een ritme deze zomer, 9 uur sondevoeding inspuiten, half een nog een keer, in de taxi (zakdoekjes vol spugend met speeksel) naar de zuurstoftank, taxi terug (hopelijk heb ik genoeg zakdoekjes bij me) weer sondevoeding, als iedereen ging eten naar boven in bed, om een uur of zeven naar beneden, sondevoeding, pomp aansluiten, thuiszorg afwachten, medicijnen erin en naar bed.
In die taxi schaamde ik me een keer vreselijk. Altijd om dat spugen, maar deze keer tegenover de chauffeur die vertelde dat zijn vrouw na jaren opnieuw ging leren lopen nadat ze alletwee haar benen door suikerziekte was kwijtgeraakt. Wat klaag ik toch...
Thuis had ik altijd een plastic emmertje bij me waar ik in kon spugen. Dat afzuigapparaat was te zwaar om mee rond te lopen en maakte enorme herrie.
Het ritje naar de zuurstoftank was mijn enige activiteit buitenshuis, op de bezoeken aan het AvL na. Die operatie, de verlossing uit deze misere, nog 8 dagen, brief, nee nog 15 dagen, neeeee, ja, toch wel. Natuurlijk werd het uiteindelijk toch 5 september. Mijn lieverd had drie dagen een kamer in het gasthuis naast het AvL genomen. Ze zal elke dag bij me zijn. Morgen half elf is het zover.... eindelijk...

Mijn stoma krimpt dus ik moet al drie nachten weer een buis in mijn keel stoppen. Met een arterieklem om hem klein genoeg aan het beging te krijgen om dat ding überhaupt naar binnen te kunnen duwen. Dat wordt dus weer bloed ophoesten. Door de bestraling is de huid in mijn hals eigenlijk te dun voor die pleisters en die blijft dus pijn doen. De hele dag. Ik weiger hiervoor pijnstillers te nemen. Vandaag de gewone dingen gedaan, winkelen, eindje rijden om onze dochter op te halen, biertje op de bank en nog een, tv kijken (ging maar net goed voor van Gerwen). Ik mag toch niet klagen, waarom voel ik me dan nog steeds niet goed? Mijn vrouw heeft het nu veel zwaarder. Ik moet opstaan, het moet anders......