15: Wát een strijd,.....

Ik heb een gesprek bij een plastisch chirurg in Maastricht. Ik moet er 3 uur heen en 3 uur terug voor reizen, maar volgens velen ben ik dan bij de beste artsen op dit gebied.  Het begin van de nieuwe uitdaging.

Ik vind het erg lastig, de keuze voor een reconstructie. Maar hoe meer ik erover lees en denk, hoe beter ik weet wat ik wil en vooral, dát ik het wil. Ik vindt het nog steeds moeilijk om mijn litteken te zien op de plaats waar mijn borst hoort te zitten. Ik wordt er verdrietig en onzeker van. Laten we eerlijk zijn, op deze leeftijd (ik ben 51) wordt je lichaam er zowiezo al niet mooier op, daar was ik me vóór de kanker ook al heel erg van bewust. Leuke kerels draaien zich doorgaans niet meer naar je om, m'n eigen man kijkt vol belangstelling naar de mooie, jonge meiden van bijvoorbeeld de lingerie-reclame. Mijn eigenwaarde liep reeds een deuk op. Met het verwijderen van mijn linker borst, werd ook een deel van mijn zelfvertrouwen weggenomen. Daar heb ik het moeilijk mee. Ik was nooit zo, ik wil zo ook niet zijn. Ik was zelfverzekerd en trots op mezelf.....

Ik vindt t lastig om nu te kiezen voor een héle zware operatie. Als er iets mis gaat, heb ik spijt dat ik zonodig weer mooie borsten wilde. Wil ik niet te veel, moet ik niet gewoon tevreden zijn????  Vragen, vragen, vragen.....  Maar we gaan eerst het gesprek aan, horen wat mijn opties zijn. Beslissen hoeft niet meteen, ik heb de tijd.

Ik voel me redelijk goed. Ik slik Tamoxifen en heb af en toe last van mijn spieren en gewrichten. Ik heb last van opvliegers en ik slaap vreselijk slecht, toch zeg ik dat het goed gaat, want klagen ligt niet zo in mijn aard. Soms denk ik wel dat ik meer zou moeten klagen, want ik merk dat ik me erger aan mensen die zo'n houding hebben van : 'maar de kanker is toch weg, het gaat toch goed nu?...'   Ik moet eerlijk zeggen dat het me soms frustreert, dat mensen niet meer stilstaan bij wat mij is overkomen. Dat er niet meer naar gevraagd wordt. Met mijn verstand weet ik wel dat dat nou eenmaal gebeurd, dat mensen verder gaan  met hun leven. Dat ik dat ook moet doen,...... Ik moet weer wennen aan het 'normaal zijn', terwijl ik daar eigenlijk nog helemaal niet aan toe ben.  Ik vindt t moeilijk hoor, naast de lichamelijke ongemakken, vindt ik het emotionele aspect nog wel het allerzwaarst.

Vooralsnog ga ik maar gewoon door op mijn eigen manier en op mijn eigen tempo. De reconstructie komt in het vizier, daar ga ik me voorlopig maar op focussen.