“Leef alle dagen van je leven”.

Na een taaie week wordt het tijd om een nieuw blog te schrijven. Om woorden te geven aan mijn gedachten en gevoelens. Als ik mijn laatste blog teruglees, bedenk ik mij hoeveel er in de afgelopen 5 weken weer is gebeurd. Hoe anders de wereld vandaag weer is ten opzichte van toen. Het is maar goed dat we niet altijd van te voren al weten hoe de dingen zullen gaan lopen bedenk ik mij vaak. Een blog waarin ik jullie mee wil nemen in het bestralingstraject dat ik in de afgelopen weken heb doorlopen en het toch wat eerder dan verwachte afscheid van mijn dierbare vriendin Gera.

Na de scan-uitslag uit mijn vorige blog genoten we eerst van zes prachtige dagen in Berlijn. Dagen waarin ik heerlijke afleiding vond. Mij onderdompelde in het bruisende Berlijn met onder andere een indrukwekkend bezoek aan het voormalig concentratiekamp Sachsenhausen. Een bezoek dat je weer stil laat staan bij alles dat er in de tweede wereldoorlog is gebeurd en mij weer goed laat zien wat voor impact dat allemaal heeft gehad. Ook bezocht ik een prachtig natuurmuseum waar ik mijn ogen uitkeek. Ik viel van de ene verbazing in de andere. Uren heb ik mij verwonderd bij de enorme dinosaurusskeletten, honderden soorten vissen op sterk water, opgezette zoogdieren, stenen & mineralen en opgezette vogels. Verder hebben we flink wat kilometers gewandeld langs de vele kolossale gebouwen die Berlijn rijk is, herdenkingsplaatsen bezocht, vanuit de glazen koepel boven in het rijksdaggebouw over Berlijn uitgekeken en een avond uit geweest in een jazzbar met toffe livemuziek.

De dag nadat ik thuis kwam uit Berlijn moest ik naar het ziekenhuis voor een afspraak met de radioloog. De kennismaking was prettig en het gesprek gaf mij veel vertrouwen. Het was fijn om te horen dat ze zei dat de tumor in mijn hals goed te bestralen was en we die een kopje kleiner zouden gaan maken. De mogelijke bijwerkingen waar ik rekening mee moest houden zouden volgens haar van tijdelijke aard zijn, dus voor mij nog meer rede om deze zijweg vol goede moed te gaan bewandelen. Na het gesprek was het tijd voor de voorbereiding voor de bestraling. Het masker dat ik iedere keer zou moeten dragen tijdens de bestraling werd aangemeten. Ik moest daarbij met ontbloot bovenlichaam op de tafel komen liggen. Mijn armen werden met een soort band bij elkaar gehouden, zodat mijn armen steeds in dezelfde positie zouden liggen en mijn hoofd werd wat schuin gedraaid zodat de tumor in mijn hals goed zichtbaar zou zijn. De bestralingsdeskundige legde een groot stuk kunststof met gaatjes in warm water, zodat het zacht en elastisch werd en vervolgens drukte hij het op mijn gezicht en schouders. Het masker werd vastgeklikt aan de tafel. Ik moest vervolgens 8 minuten stil blijven liggen, zodat het materiaal uit kon harden. Door mijn hoofd gingen verschillende gedachten. Nee, bondage is niets voor mij, hoe kunnen mensen dit soort dingen voor hun lol doen? Ik lag hier nog net niet met een bal in mijn mond dacht ik lachend in mezelf. Daarnaast kwam er een beeld van Hannibal Lecter uit de film Silence of the lambs naar boven. De seriemoordenaar die een masker droeg voor de veiligheid van anderen. Nadat het masker uitgehard was, werden er gaatjes geknipt op de plaatsen waar mijn ogen en neus zaten en nadat alles nog een keertje gecheckt was kon ik naar de volgende afspraak voor een nieuwe CT-scan. Aan de hand van deze scan zou de radioloog het bestralingsplan gaan maken. Bij de scan werden er nog een aantal lijnen op het masker gezet, zodat het apparaat iedere keer op dezelfde wijze ingesteld kon gaan worden.

Het plan werd vervolgens om 12 keer te gaan bestralen. Drie weken moest ik 4 dagen in de week op en naar van Rijen naar Nijmegen voor steeds een afspraak van 15 minuten met daarin een bestralingssessie van 2x30 seconden. De autorit er naartoe en terug nam de meeste tijd in beslag. Gelukkig bofte ik met de fijne taxichauffeurs die zorgden voor gezellige afleiding tijden de ritten. Met taxiritten waarin vaak veel gelachen werd en waar soms ook hele serieuze onderwerpen besproken werden. Ik merk dat mijn openheid er geregeld ervoor zorgt dat anderen zich vaak ook meer open op durven stellen en antwoorden geven op de soms wat directe en persoonlijke vragen die ik stel. Het levert echt waardevolle gesprekken op waar ik duidelijk van kan genieten.

De mensen om mij heen leefden de afgelopen weken weer erg mee. Ik kreeg veel berichtjes met aanmoedigende woorden. Die woorden helpen altijd enorm. Na de eerste bestralingsweek dacht ik nog: ik fiets hier toch weer aardig doorheen. Totdat ik na 6 sessies ging merken dat de huid in mijn hals roder begon te worden en ik meer moeite kreeg met het eten. Al met al kon ik  gaan aftellen, inmiddels was ik op de helft, dus hield ik mijn optimisme vast.

Ik was net aan mijn weekend begonnen en lag op vrijdagavond heerlijk in bed nog wat televisie te kijken. Bas lag naast mij en was al in dromenland, moe van een zeer  intensieve werkweek. Ik stuurde een aantal vriendinnen nog een berichtje om hen een goed weekend te wensen. Zo ook eentje naar mijn vriendin en lotgenoot Gera. Ik vroeg haar of ze het bed, dat sinds een aantal dagen in de woonkamer stond, al gezellig versierd had met kerstlichtjes en kussentjes. Of ze er een gezellig plekje van had gemaakt om beneden wat makkelijker te kunnen rusten in het bijzijn van haar gezin. Op het punt dat ik de televisie uit wilde zetten om te gaan slapen zag ik dat ik een berichtje had gemist van de man van Gera. Ik opende whatsapp en las het verhaal waarin Hans mij vertelde dat Gera enorm snel achteruit was gegaan. We spraken af dat we de volgende dag even met elkaar zouden bellen. Naast mij maakte ik Bas wakker. Die wilde eigenlijk eerst nog verder slapen, maar zodra hij mijn gezicht met tranen zag, had hij door dat ik hem niet zomaar wakker maakte. We praatten een tijdje met elkaar en ik viel in zijn armen in slaap. De volgende dag belde ik Hans. Ik merkte bij mezelf op dat ik het toch ook een beetje spannend vond. Een stomme gedachte en wat een onzin eigenlijk, bedacht ik mij meteen. Ik wil immers straks ook niet dat wanneer het niet goed met mij gaat mijn omgeving het spannend vindt als ze Bas gaan bellen. Ik had een fijn gesprek met Hans. Hij praatte mij bij over de afgelopen dagen. In mijn hoofd kon ik de dingen nog moeilijk plaatsen, wat ging het allemaal snel. Zo heb je nog contact met elkaar en zo is iemand er bijna al niet meer. Gera en ik hebben vaak met elkaar gesproken over de dood, hoe het zal zijn en wat we er van vonden. Toen we 3 jaar terug met elkaar in contact kwamen zaten we beiden in hetzelfde behandeltraject. We merkten tijdens de eerste gesprekken die we samen hadden dat we veel overeenkomsten hadden. In hoe we waren en tegen welke dingen we aanliepen. Beiden zeer gelukkig in de liefde, altijd vol passie ons werk uitgevoerd, in het bezit van een flinke dosis enthousiasme en ondanks de diagnose ongeneeslijk ziek nog steeds optimistisch en vol aan het leven. Toen we de vriendschap aangingen realiseerden we ons maar al te goed dat er altijd een van ons als eerste zou gaan. Wie dat zou zijn wisten we natuurlijk niet. Totdat Gera begin dit jaar te horen kreeg dat ze uitbehandeld was. Toen gingen we er misschien beiden al wat meer vanuit dat Gera eerder zou gaan dan ik. Maar die gedachte uitspreken deden we niet. In mijn hoofd zat nog altijd, wie ben ik om te denken dat het zo zal gaan, kanker blijft immers zo’n onvoorspelbare ziekte. We bleven de dingen die ons bezighielden delen. Gera vroeg soms aan mij of ik bepaalde dingen wel wilde horen/ weten. Ze wilde mij beschermen, zij dacht dat het misschien te confronterend was om bepaalde dingen te horen en te zien. Ik wilde daar niks van weten. Daar zijn we toch vriendinnen voor zei ik altijd. Wij kunnen alles delen en zeggen. Natuurlijk was het soms confronterend om te zien hoe ze achteruit ging en welke dingen ze allemaal niet meer kon. Dat ze steeds meer pijn kreeg en het steeds meer duidelijk werd dat ze geen jaren, maar misschien nog maanden of weken hier zou zijn. We spraken over hoe het einde zou zijn en over onze familie en vrienden die daarna verder moesten met het gemis in hun leven. De laatste weken had ik natuurlijk ook wel gemerkt dat de gesprekken korter waren dan voorheen door de beperkte energie die Gera had. Maar de momenten samen waren nog steeds heel waardevol voor ons beiden. We konden de dingen die ons verdrietig en bang maakten delen, maar zeker ook de dingen waar we energie uit haalden, waar we blij van werden en trots op waren, de vele uitdagingen die iedere dag weer op ons pad kwamen en we luisterden aandachtig naar elkaar. In een van de laatste gesprekken die we hadden vroeg ik Gera of er al wel eens momenten waren waarop ze dacht: Nu is het misschien wel eens genoeg. Ik wilde weten wat er in haar hoofd omging. Misschien om mezelf er op voor te kunnen bereiden. Ergens zoek ik naar de bevestiging van het idee dat ook ik straks die berusting zal hebben dat er een moment komt dat het voor mijn gevoel genoeg is geweest. Nu ken ik dat gevoel nog niet, maar ik wil er zo graag op vertrouwen dat dat ooit wel komt.

Na het telefoongesprek met Hans stuur ik hem nog een berichtje met de boodschap dat mocht Gera nog in een helder moment naar mij vragen, ik altijd bereid ben om langs te komen. We wonen ver bij elkaar vandaan, maar als het moet stap ik zo in de auto. Bij het bericht dat ik stuur merk ik meteen weer hoe lastig het soms voor de omgeving is. Ik wil nu ook zo graag iets doen, mij niet opdringen, maar er wel voor hen zijn. De volgende dag laat Hans mij weten dat hij het nog met Gera heeft besproken en zij heeft aangegeven het graag bij onze mooie herinneringen te houden en mij ook voor een deel in bescherming wil nemen. Bij het lezen van die woorden vloeien er weer veel tranen. In de woorden lees ik vooral veel liefde voor de vriendschap die we hadden. De dag erop zie ik op mijn telefoon ineens een inkomende oproep van Hans. Ik bereid mij voor op zijn woorden, aangezien ik vermoed dat hij mij belt om te vertellen dat Gera is overleden. Ik neem de telefoon op en hij vertelt mij dat hij de opdracht van Gera heeft gekregen om te bellen. Ze heeft aangegeven morgen toch nog eventjes te willen bellen om samen te kunnen praten. Wanneer ik ophang merk ik dat ik blij ben van binnen. Ik had er vrede mee dat we elkaar niet meer zouden spreken, gewoon omdat ik Gera in de afgelopen jaren altijd heb aangemoedigd om vooral te doen wat goed voor haar voelde. Om je niet verplicht te voelen naar anderen toe. De gedachte dat ik de volgende dag toch nog even haar stem kan horen en haar een goede reis kan wensen doet mij goed.

Zodra ik de volgende dag thuis ben van de bestraling bel ik haar op. Aan haar stem is goed te horen hoe zwaar ze het heeft. We praten over hoe het daar met haar gaat en hoe het afscheid voor haar is. Dan wil ze vervolgens ook nog weten hoe het met mij gaat en met de bestralingen. Ik deel dat de laatste week met de bestralingen mij zwaar vallen. Dat ik moeilijk kan eten doordat mijn slokdarm geïrriteerd is. Wanneer ze zegt dat ik mijn best moet doen om het nog een tijdje vol te blijven houden hier, rollen de tranen alweer over mijn wangen. Ik vind het allemaal zo dubbel om te horen, het is lief en lastig tegelijk.  Zelfs op dit moment, het moment waarop ze zelf afscheid neemt van allen die haar lief zijn wil ze er nog voor mij zijn. Ik zeg haar dat de kanker ons een hoop narigheid heeft gebracht, maar dat het gelukkig ook voor fijne dingen heeft gezorgd en dat onze mooie vriendschap er daar zeker zeker eentje van is. Wanneer we hebben opgehangen, bedenk ik mij dat ik nog een aantal dingen vergeten ben om te zeggen. Ik vraag mij zelfs af of ik niet te snel heb opgehangen, maar ik hoorde de vermoeidheid in haar stem en wilde dat ze na ons gesprek nog energie over zou houden voor haar gezin. De dagen erna stuur ik haar nog verschillende berichtjes. De hartjes die ik daar als reactie op krijg zorgen voor een warm gevoel van binnen en een lach op mijn gezicht. Bas en ik praten veel over de situatie en ik merk dat we beiden nadenken over datgeen dat ons ook te wachten staat.

Dan breekt de dag aan waarop ik weet dat de arts bij Gera  langs zal komen om de euthanasie uit te voeren. ’s Morgens maak ik eerst een wandeling met Finn door het bos. In mijn hoofd ben ik heel de week al niet echt in het hier en nu, maar vooral bezig met hoe het bij Gera en Hans op dat moment zal zijn. Ik haast mij in het bos om op tijd weer thuis te zijn. Ik maak een mooi plaatsje op het dressoir met kaarsjes en pak het schilderijtje en het boekje met spreuken dat ik van Gera heb gekregen. Wanneer ik het boekje open sla staan er twee zeer toepasselijke spreuken: “ Als het jouw verhaal is, mag jij zeggen hoe het afloopt!” (Brené Brown) en “Leef alle dagen van je leven”. (Jonathan Swift) Dan zie ik dat het 10:00 is. Ik steek de kaarsjes aan en praat hardop: “dag lieve Gera, waar je dan ook heen gaat, tot ooit”. Ik heb haar immers gevraagd in een van onze laatste berichtjes of ze als het mijn tijd is om te gaan, ze daarboven een mooi plekje voor mij vrij wil houden. Dat ik hoop dat als ik hier afscheid moet nemen van allen die mij dierbaar zijn, zij daarboven mij op zal wachten om mij te helpen allen die ik hier liefheb achter te kunnen laten.

Na even bij de kaarsjes te hebben gezeten en aan Gera en haar gezin te hebben gedacht, moet ik mij alweer klaarmaken om naar Nijmegen te gaan. Het voelt enorm dubbel. Mijn leven draait nu alweer door. Het scheelt dat een van mijn favoriete taxichauffeurs mij weer op komt halen en ik een en ander kan delen. In het ziekenhuis krijg ik een berichtje van een vriendin van Gera. Het is fijn om even samen te kunnen delen hoe we die ochtend beleefd hebben. Iemand met hetzelfde gevoel en veel herkenning. Wanneer ik weer klaarlig op de tafel voor de een na laatste bestraling en ze mij vragen hoe het gaat, vertel ik dat ik een lastige ochtend heb gehad. Ik heb geen zin om meteen weer in tranen uit te barsten, dus deel alleen dat ik steeds meer moeite met het eten heb. Het liefste wil ik deze sessie zo snel mogelijk achter de rug hebben en naar huis. Het masker gaat weer op en ik lig alleen in de kamer. Ik hoor het geluid van het apparaat dat bezig is met het maken van de foto’s om te checken of ik helemaal goed lig. Op het plafond zie ik de mooie magnoliabloemen staan en ik moet meteen weer aan de woorden van Gera denken: “blijven volhouden”. Direct voel ik de tranen langs mijn wangen in mijn oren kruipen. Ze even afvegen gaat niet, dus probeer ik mij vervolgens zoveel mogelijk te focussen op mijn ademhaling. Mijn buik gaat onrustig op en neer, mijn emoties zitten hoog. Ik adem een paar keer diep in en uit en hoor dan een stem die mij vertelt dat ze nog even een en ander op de foto’s extra moeten checken. Het lijkt er namelijk op dat de bestraling al flink zijn werk heeft gedaan en ze willen natuurlijk niet meer weghalen dan dat nodig is. Hmmm, misschien zijn we nu dan dus toch al klaar en hoef ik morgen niet nog een keertje bedenk ik mij meteen. Maar na een paar minuten hoor ik dat alles toch oké is en we verder gaan. Zodra ik thuiskom bel ik naar Bas. Ik moet even zijn stem horen en mijn gevoelens delen. Ik bel hem eigenlijk niet zo snel wanneer hij op kantoor zit, maar vandaag is een uitzondering. Vanmorgen vroeg toen hij vertrok had hij mij gezegd dat ik vandaag echt wel moest bellen als ik verdrietig was, hij wilde er graag voor mij zijn en dan konden we er even over praten.

De dagen erna komen de tranen geregeld naar boven, maar iedere keer haal ik troost uit de gedachte dat Gera klaar was voor haar laatste reis. Dat ze het ziek zijn nu achter zich heeft kunnen laten en geen pijn meer hoeft te lijden. Ik zie voor me hoe zij boven in de armen van haar geliefde vader opgevangen is. Dat ze toekijkt hoe haar gezin, familie en vrienden in liefde afscheid van haar nemen. Dat zij haar naam nog geregeld zullen noemen, de herinneringen zullen koesteren en haar als voorbeeld zullen stellen om vooral veel mooie momenten tijdens het leven te creëeren. De dagen te plukken en door te zetten op momenten dat het in het leven even tegen zit.

Alle twaalf bestralingen heb ik inmiddels achter de rug. Aangezien bestralingen altijd nog een tijdje doorwerken zal het effect ervan pas over een tijdje meetbaar zijn. De radioloog heeft mij verteld dat ik er rekening mee moet houden dat de pijn bij het eten in de komende twee weken nog wel wat meer kan worden, maar dat het daarna weer zal afnemen. In mijn hals kan ik al voelen dat de tumor daar kleiner is geworden. Ik ben heel benieuwd als we over een aantal maanden weer een controlescan hebben wat er uit gaat komen. Zal de tumor in mijn hals helemaal weg zijn en hebben de andere tumoren in mijn lichaam zich in de tussentijd een beetje gedeisd gehouden? Deze week heb ik even een weekje vrij van het ziekenhuis. Ik merk dat dat ook echt wel nodig is. Ik ben heel moe van de intensieve weken en mijn lichaam heeft tijd nodig om te herstellen van de bestralingen. Volgende week dinsdag gaat er een volgende dosis van mijn “gewone” kuur in. Aan de ene kant voelt dat snel. 1 Weekje zonder ziekenhuisbezoek is natuurlijk niet echt lang. Aan de andere kant is het inmiddels alweer 12 weken geleden dat ik de laatste dosis van de Bevacizumab heb gehad en wordt het hoog tijd voor een volgende dosis.  Hopelijk blijft dit middel nog een hele tijd zijn werk doen en was deze bestralingsperiode een zinvolle zijweg die ervoor blijft zorgen dat we nog een lange tijd op het mooie levenspad mogen blijven wandelen.

Morgen proost ik samen met de familie en vrienden van Gera tijdens haar uitvaart op haar leven. Dat ik haar heel erg ga missen staat wel vast. Zo’n vriendschap als dit was er een uit duizenden. Wat heb ik in de afgelopen jaren namelijk veel aan haar gehad, een bijzondere vriendschap waar ik vooral met veel blijdschap en warme gevoelens aan terug zal blijven denken. Het is fijn om je te omringen met inspirerende, liefdevolle en optimistische mensen en Gera was er daar zeker een van. En ja Lieve Gera, ik ga enorm mijn best doen om het allemaal nog een hele tijd vol te blijven houden, beloofd!

14 reacties

lieve Bianca,

Wat raken de woorden in je blog me, ik zit in tranen, want het komt dichtbij, zoveel herinneringen die ineens weer door mijn hoofd gaan, zoveel gedachten, en gevoelens passeren de revue.
Ik denk aan Margreet, en wat er allemaal door haar heen is gegaan, hoe zij het beleefd heeft, maar ik weet het niet.

En tegelijkertijd lees ik hoe je alles uit het leven haalt, je heel bewust bent van veel dingen, en het je leven verdiept, en ik bewonder je, hoe je in het leven staat.
Bas komt er ook vaak in voor, en ik denk dat je hem vaak vertelt, hoe blij je met hem bent, ook voor hem heb ik bewondering, want ook hij krijgt veel op zijn bordje.

Voor de familie van Gera:

TROOST

Het zijn lege dagen, van stil verdriet
Maar bedenk, dat je ook in dit donker 
het licht nog ziet.

Het licht van haar leven , wat steeds op jou heeft geschenen.
Haar  toewijding en liefde, zijn niet zomaar verdwenen.

Dat stuk van jou, dat haar naam draagt.
Is het licht in het donker, dat nooit meer vervaagt.

Een hele dikke knuffel🫂🫂🫂🫂😘Peter

Laatst bewerkt: 26/11/2024 - 02:00
18 december 2024 om 14.07

Dankjewel Monique,

Ach, als ik stukken teruglees word ik altijd weer kritischer een wil ik vaak dingen weer aan gaan passen. Maar soms zijn de eerste woorden, de woorden die het meest passend zijn bij het gevoel. Het was fijn om ze op papier te kunnen zetten en te mogen delen.

Liefs Bianca 

Laatst bewerkt: 18/12/2024 - 14:07

Lieve Bianca ,Bas en Finn

Zo open en eerlijk als je hier over schrijft ,ben tot in mn hart geraakt ❤️

Heel veel sterkte met het verlies van jou lieve vriendin  Gera en mijn innige deelneming  

Dikkw troost🫂💜🙏

Liefs hes 💜

Laatst bewerkt: 27/11/2024 - 18:09

Hi Bianca,

Vervelend om te lezen, dat je behandeld moet worden aan je hals. Is het een uitzaaing of primair?  Met dat laatste heb ik de nodige ervaring. Ik ben namelijk al aan mijn vierde vorm van kanker toe. En ik kan je mededelen, dat ik daar allemaal maar weinig last van heb gehad. Positief geluidje dus.

En ja, ik ben een beetje jaloers op je. Mevrouw gaat lekker naar Berlijn! Iets wat ik de hele tijd maar uitstel. En je moet weten, ik  heb de muur zien bouwen en hem weer zien afbreken. Ik heb zowel in Oost- als in West Berlijn gewoond. Maar... Ik voel me de laatste tijd te gammel om daar werkelijk naar toe te gaan.

Maar het is je gegund, hoor Laat het rommelen met euthenasie n zo maar aan mij over. Is weinig opbeurend.   Veel sterkte.....H

Laatst bewerkt: 04/12/2024 - 10:34
18 december 2024 om 14.16

Hoi Henri,

Ik lees altijd erg graag jouw reacties op mijn blog, maar eerlijk gezegd begin ik me na het lezen van deze toch weer meer zorgen te maken om je. En dan valt daar weer dat woord euthanasie. Hopelijk is het de fase van het het nadenken over hoe, wat en wanneer en mag je het plan nog  een poosje in de koelkast laten staan.

Wat tof om te horen dat jij in Berlijn gewoond hebt. Dat zal een tijd zijn geweest waar we ons nu soms moeilijk nog iets bij voor kunnen stellen.Toch heb ik er nu meer een beeld van gekregen na het bezoek aan de stad zelf.  In het echt is het toch weer anders als uit de boeken/ van een foto.

De tumor in mijn hals is trouwens een uitzaaiing. Het is de tumor waaraan ik vier jaar terug merkte dat er iets niet klopte. Na een aantal onderzoeken/ ontdekte we dat het van de uitgezaaide baarmoederhalskanker was. Gisteren nog op controle geweest bij de radioloog. Hij lijkt een kopje kleiner te zijn geworden. Eind januari weer een scan om te checken wat de bestraling precies voor resultaat heeft gehad en of de andere tumoren zich in de tussentijd gedeisd hebben gehouden. Weer spannend dus. Maar nu eerst de feestdagen. Ik wens jou goede dagen samen met jouw familie en veel voorspoed voor 2025 met wie weet toch nog een reis of reisje. Liefs Bianca

Laatst bewerkt: 18/12/2024 - 14:16

Hi Bianca,

Je hoeft je om mij geen zorgen te maken hoor. Ik ben nu éénmaal 83 en ik moet er rekening mee houden, dat mijn leven plotseling ten einde komt. Het is niet anders. Euthenasie voorbereiden is daar gewoon een onderdeel van. Op dit moment heb ik daar eigenlijk geen medische reden voor. Maar ik weet uit uit ervaring, dat je dit goed moet vastleggen. Ik heb al teveel gevallen gezien waar dit totaal misliep. Maar zo lang ik nog alles kan doen wat ik wil, is het precies dat: voorbereiding.

Ben blij, dat die uitzaaing behandelbaar is. Want dat is het enige waar je als palliatief patient op kan hopen: behandelbaar blijven. En ervoor zorgen, dat je dat blijft. Ik hoop, dat wij ook in 2025 dit soort discussies zullen hebben.

Prettige feestdagen en goed 2025.....  Een aai over de kop van Finn en jij sterkte.... H

Laatst bewerkt: 22/12/2024 - 13:33