Hoe gaat een autologe stamceltransplantatie?

Een autologe stamceltransplantatie bestaat uit meerdere stappen. Lees hier hoe de behandeling precies gaat.

1. Voorbereiding op een autologe stamceltransplantatie
2. Losmaken van de stamcellen uit je beenmerg
3. Oogsten van de stamcellen
4. Voorbehandeling met chemotherapie en/of bestraling
5. Toedienen van de stamcellen

1. Voorbereiding op een autologe stamceltransplantatie

Voordat je een stamceltransplantatie krijgt, onderzoekt de arts je uitgebreid. Bijvoorbeeld om te weten of je hart en longen goed werken. En of je fit genoeg bent om de behandeling te krijgen.

2. Losmaken van de stamcellen uit je beenmerg

De arts haalt eerst je stamcellen uit je bloed of je beenmerg, zodat je ze bij de transplantatie terug kunt krijgen. Daarvoor moeten de stamcellen die in het beenmerg zitten, in het bloed terechtkomen. Dit gebeurt met de mobilisatiekuur. Meestal krijg je dan chemotherapie en injecties (prikken) met groeifactor G-SCF.

3. Oogsten van de stamcellen

Als je voldoende stamcellen in je bloed hebt, worden ze uit je bloed of beenmerg gehaald. Dat heet oogsten. De geoogste stamcellen worden ingevroren. Zo blijven je stamcellen goed bewaard om ze later weer terug te krijgen.

Om de stamcellen te oogsten hoef je niet in het ziekenhuis te blijven.

4. Voorbehandeling met chemotherapie en/of bestraling

Om de kankercellen in je bloed te doden, krijg je vervolgens chemotherapie of bestraling, of allebei. Dit heet de conditionering. Door deze voorbehandeling gaan zoveel mogelijk kankercellen in je lichaam dood. Voor deze voorbehandeling word je opgenomen in het ziekenhuis.

5. Toedienen van de stamcellen

Je krijgt de eerder geoogste stamcellen terug. Dat gaat via een infuus in je bloedvat. Via je bloedvat komen de stamcellen in je beenmerg. Daar worden ze nieuwe bloedcellen.

Hiervoor word je opgenomen in het ziekenhuis.

Lees meer over een autologe stamceltransplantatie op de website van Hematon.