Magical mystery tour
Met veel waardering en belangstelling keek ik gisteravond (24-06) naar de webinar ‘Leven met de gevolgen van de prostaatverwijdering’ van de Prostaatkankerstichting. Fijn dat deskundigen en betrokken ervaringsdeskundigen hun kennis en ervaring willen delen. Het is mooi om zo gedetailleerd te zien wat er in je buik gebeurd is en een kleine anatomische les frist de weggezakte kennis over het bekkengebied weer even op.
Toch zat ik na afloop met dubbele gevoelens op de bank. Waar had ik nou eigenlijk naar zitten kijken en wat heeft het me nou opgeleverd? Waar streven we met dit soort informatie en ‘afterparty behandeling’ eigenlijk naar? Dat intimiteit, communicatie, nabijheid etc. belangrijk is voor de acceptatie snap ik wel. Helemaal mee eens en soms ook al uitdaging genoeg. Maar mijn verwarring zit vooral op het lichamelijke.
Na de prostatectomie zijn we een lichaamsdeel kwijt, weg, foetsie, geamputeerd en als je pech hebt lever je ook nog een bundel handige zenuwen in. Net als een afgezet been, alleen is dat voor iedereen zichtbaar. Dat er een walnoot uit het inwendige van de onderbuik is vertrokken zal op straat niemand opvallen. Toch krijg ik het gevoel dat we met z’n allen niet willen accepteren wat er gebeurd is. We willen dat het niet alleen op straat onopgemerkt blijft, maar ook in bed moet alles zoveel mogelijk terug naar het oude normaal.
Voor mijn gevoel zijn we dan eigenlijk bezig met een illusie. Het terrein van Victor Mids en Hans Klok. Wie houden we hier voor de gek? Vooral ons zelf denk ik. De erectie wordt ondanks inzet van alle p’s niet meer wat het was. De krachtige uitstoting van de ejaculatie is er niet meer. Ja, als het al lukt kun je het een orgasme noemen, maar dan wel van een b-kwaliteit. Spontane seks is er niet meer bij en alle referenties aan seks in de media zijn ineens confronterend. Kortom: het is behelpen geworden.
Waarom erkennen we dat niet meer? In een van de eerste slides kwam het woord ‘rouw’ voorbij. Ondanks alle deskundigheid en geruststellende ‘we kunnen er wat aan doen’ is dat voor mij toch nog steeds het centrale begrip in de anderhalf jaar na de operatie.
Dat andere ervaringsdeskundigen blij zijn met de tips and tricks uit de goocheldoos (met alle respect) zegt voor mij niets. Wat iemand verstaat onder een goed en fijn seksleven weet ik niet. Dat is heel individueel. Hoe deden ze het voor de operatie en welke kwaliteit had de seks toen? Dan is er ook nog je persoonlijke omgang met je lijf. Je zelfbeeld, verlies van het vertrouwde, spontane erecties en verandering in zaken als masturbatie. Misschien ben je alleenstaand, niet heteroseksueel, of heb je ook wel seks buiten je eigen relatie. Zoveel mensen zoveel zinnen, maar allemaal situaties waarvan ik mij afvraag of de oplossing zit in de aangedragen suggesties.
Toen ik dit onderwerp vorig jaar bij mijn uroloog besprak trok ik zelf de conclusie: ‘Het is dus eigenlijk: wen er maar aan, mooier wordt het niet.’ Ja, bevestigde hij. Als je er zo naar kunt kijken ben je uiteindelijk het beste af.
Dat gesprek heeft me aan het denken gezet. Moet ik de Androskat en de penispomp in mijn nachtkastje dan toch maar gewoon laten liggen? Toch maar niet gaan proberen alles weer ‘net als vroeger’ te doen lijken? ‘Je wordt ouder Papa, geef het maar toe.’ Een volle haardos heb ik ook al heel lang niet meer. Seks mag dan als een mensenrecht gezien worden, maar het hoeft dan toch ook niet een plicht te zijn?
Ik ben er nog niet uit. Waar ben ik nou beter mee af? Voer voor psychologen en filosofen.
Begrijp me niet verkeerd trouwens, dat veel lotgenoten wél blij zijn met hun pompen, prikken of prothese vind ik geweldig en ik wens iedereen daarbij heel veel succes en plezier.
1 reactie
Ik ben een gezegend mens. Heb nooit de behoefte gevoeld achter mijn piemel aan te lopen.
Blij dat jij het programma voor mij hebt bekeken en een recensie hebt gepost, dan kan ik mij richten op meer waardevolle mensen en dingen in het leven.