Lief dagboek, 20 februari 2016
Op zondagavond zag ik de oproep op de televisie, op maandagochtend meldde ik me aan, op maandagmiddag werd ik naar aanleiding daarvan gebeld, en op woensdag mocht ik komen “sparren”. Ik zag meteen beelden voor me, van hoge, dunne dennen die in een bos in een groepje bijeen staan en los van weer en wind naar elkaar toe en van elkaar af buigen, geanimeerd staan ze te sparren. Misschien voormalige kerstbomen met kluit. Opnieuw geplant, de lucht ingeschoten in korte tijd. Toevallig samen als een vreemde enclave, allochtonen zogezegd. Ze staan tussen eenkennige, nuffige autochtonen; andere dennen er omheen die sinds hun oorsprong diep geworteld zijn in de zanderige grond en op basis daarvan doen alsof ze meer recht hebben op die grond. Waarna de allochtoonse dennen zich noodgewongen in groepsverband moeten zien te handhaven en er dan achter komen dat het verdikkie hartstikke gezellig is met z’n drieën!!
Vanaf het ziekenhuis was ik de Schellingwouderbrug over gegaan naar Amsterdam Noord, prachtig weer, slakkengangetje, als gevolg waarvan ik te laat kwam. Ik heb verdwaal-talent en moet daar altijd tijd voor inbouwen, en dat had ik niet gedaan. Ik verdwaalde. Ik zat weliswaar in de plantenbuurt (Distelweg, Papaverweg, Klaprozenweg) maar de Asterweg verstopte zich voor mij.
Gevonden dan, eindelijk. Via een intercom waaruit dezelfde lieve stem klonk als de dag ervoor door de telefoon, werd ik verder genood. Een deur, en de jonge vrouw in kwestie. Een lief mens inderdaad, ze paste bij haar stem. Koffie, kletsen, aftasten, grote tafel waaraan dit gebeurde en links in de grote ruimte een batterij computer-miepen die een snelle groet hadden gemompeld toen ik binnen kwam, amper opkijkend van hun schermen. Even later voegde zich een man bij ons, ergens in de buurt van mijn leeftijd, misschien jonger, en duidelijk meer door de wol geverfd dan de jongedame. Hij stelde zich voor, en mijn showtje ging verder. Ik moest een goede indruk maken wilde ik hier een kans maken. Ik gokte erop dat souplesse en ontspannendheid, opgeruimdheid, openhartigheid, anekdotes, blijk geven van relativeringsvermogen en zelfinzicht en vooral: humor, mijn kansen zouden vergroten. Evenals mijn ziekte. Hun belang is immers het vinden van boeiende levensverhalen. Dat sluit aan op mijn eigen voorliefde voor levensverhalen. En wat maakt die verhalen interessant? De afwisseling van moeilijke en mooie periodes in een mensenleven. De mentale groei die daar het gevolg van kan zijn is als verlichting die van binnen naar buiten straalt, voor anderen te zien. Iedereen houdt van lampjes in ogen toch? Helder licht op de bovenste verdieping? Dat verbeeld ik me graag.
Inleidende praatje was voorbij, tijd voor het echte werk. Dat was boven. Trap op naar een met ramen dichtgemaakte vliering, ook weer technologie, maar eveneens een bank, een hocker (lelijk woord voor een lelijk ding) in het midden en een fauteuil naast de bank. Mijn plek was de houten stoel aan de andere kant van de hocker. Ik zag het niet gebeuren dat ik de bank zou krijgen en mijn publiek zich gezamenlijk op de stoel zou proppen. Er kwam nog een derde iemand binnen, de eindredacteur. Weer een karakter om snel in te schatten. Een behoedzame, terughoudende man, waarvan ik niet meteen kon zien wat hij kwam doen. Ik raakte subiet op mijn hoede. Meneer 3 verschool zich achter zijn laptop. Daar werd ik ingestopt. Vragen over mijn achtergrond, mijn voorgrond, mijn bezigheden, mijn familie.
De dagboeken uit mijn jeugd lagen op de hocker. Nog wat kletserijen, zeer geanimeerd. Ik werd echt ingepakt, ik kon het effect ervan op mij: een nog grotere openhartigheid dan de mate waarin ik daar oorspronkelijk toe bereid was geweest, niet voorkomen. De werkelijk oprechte aandacht was te verleidelijk voor mijn verteldrang, trok aan de touwtjes van mijn altijd aanwezige hunkering naar erkenning. Het gegeven echter dat er twéé oprechterikken waren en één zakelijkerd met zijn laptop en noteerdrang drukte mij ook met de neus op het feit dat dit wel degelijk een ballotage was. Waarin er een antwoord moest komen op de vraag of het totaal van mijn verschijning: mijn uitstraling, mijn fragmenten, mijn levensverhaal, mijn presentatie daarvan, en van mezelf, voldoende aanknopingspunten voor hun leverden voor het knippen, plakken en kneden van een verkoopbaar verhaal voor de omroep die hen had ingehuurd.
Ik las wat uitgekozen stukjes voor uit mijn dagboek. Ik werd weer even dertien, veertien, vijftien, zestien. Er was gelach. Er waren weer kletserijen tussendoor. Het bleef gezellig. Het duurde langer dan de vooraf bemeten tijd. Maar uiteindelijk was die tijd echt op. Ik wist niet waar ik aan toe was. De eindredacteur zei niet tot ziens, hij zei gewoon dag. Wat had hij opgeschreven? Met de twee klets-miepen ging ik weer naar beneden. We namen afscheid. Ik ging. Tegelijkertijd onzeker, en opgewekt. Wat had ik hier nou eigenlijk achtergelaten?
Waarom wil ik hier aan mee doen? Een programma waarbij je uit je oude dagboeken mag voorlezen, bij voorkeur de meest gênante stukjes, aan een publiek. Rondom jou wordt een mozaïek samengesteld met hulp van het extra materiaal wat je kunt aanleveren, van verleden, heden en toekomst. Een waaier waarin zich een boeiend verhaal aftekent. Voor kijkers iets om zich mee te identificeren, om van te leren, om mee geamuseerd te worden. Mijn winst? Als ik mee mag doen: extra aandacht voor mijn schrijverijen en de ambities die ik daar nog in heb. In het licht uiteraard van de plotselinge confrontatie met een mogelijk sterk ingekorte levensverwachting.
Mijn persoonlijke “15 minutes of fame,” een podium waarop ik net dat stukje opgetild word, zodat ik met de sprong omhoog meer meters maak. Als een springplank in het diepe hoge.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Mijn blogs verschijnen ook op mijn site. Bij alle menu-onderdelen (behalve home) rechts te vinden als berichten op: www.lichterik.nl
4 reacties
Hoop oprecht dat je mee mag doen!
Hartelijke groet,
Gerdine