D-day, 30 mei 2016
Het is bijna D-day. Die wordt voorafgegaan aan de zondag van mijn verjaardag, die ik niet vier, behalve taart met mijn kinderen in de stad achter de oude kerk bij De Drie Graefjes waar de bediening heel vriendelijk blijkt. Ik maak die dag zo licht mogelijk. Ik kan er de zwaarte van bezoek niet bij hebben.
Het wordt uiteindelijk toch maandag, D-day. Dump-dag. Down-dag. Domper-dag. De dag dat ik mijn borst ga verliezen.
Om tien uur moet ik in het ziekenhuis zijn. Dochter gaat mee. Ik ben nuchter. Geen hap noch slok in mijn maag. Ik snak naar koffie, en al drink ik die zwart, ook dat mag niet. Ik krijg een echo, van een zacht pratende, verontschuldigend glimlachende, intens verlegen radioloog. Het maakt mijn eigen ongemakkelijkheid nog groter, of misschien is er die van mij eerst, en werkt die in op die van hem. Samen zijn we één groot ongemak. Ik krijg een pijnlijke prik voor de sentinel node procedure. Straks zullen de rivieren in mijn borst, die de tumoren gebruikten om hun bootjes met ballast af te voeren richting de schildwachtklieren die ik me voorstel als burchten met opklapbruggen, blauw oplichten.
Twee maal scans, twee maal twee keer vijf minuten stil liggen in vervelende posities. Ik doe wat ik altijd doe, ik tel. Zo rol ik mezelf door het stilliggen heen. Tussen de twee scans is er een gat van een uur, waarin ik naar boven had gemoeten voor de intake bij chirurgie, maar in plaats daarvan lopen dochter en ik onwetend naar buiten om de tijd te doden en trakteer ik haar op een Turks broodje. Als we weer binnen zijn en in het restaurant zitten in afwachting van de tweede reeks scans, komt de assistent ons geagiteerd vinden. Meteen mee, meteen scans, snel snel, er is haast, er is tijd verloren, na de scans snel naar boven, meteen op bed, meteen kleren uit, blauw schort aan, hopperdepop intake tussen de bedrijven door, en voor ik het weet word ik op het bed naar beneden gereden, naar de OK.
Dat ik mijn kleren uit moet doen, mijn camouflage van me afpel. Dat ik het blauwe operatie-schort aan moet, als een vlag die ik om me heen sla, een wapperende vlag waarop staat: dit mens is ziek. Dat ik niet zelf mag lopen naar de OK; mijn noodzakelijke overgave wordt met dit vertoon van protocol afgedwongen. Dat ik mijn pruik voor de eerste keer publiekelijk afzet en daarmee mijn patiënt zijn beken. Ik voel me gestript tot de naakte waarheid, ik ben ziek, er zit bederf aan mij, en de rotte peer moet uit de boom worden weggesneden.
De laatste meters tot aan de Operatiekamer kijk ik naar mijn dochter. Ik word gereden, zij loopt mee, ze houdt mijn hand vast, ze huilt, ik huil mee, ik probeer haar gerust te stellen, wat niet lukt.
We nemen afscheid.
7 reacties
liefs, Petra
Wat een pijnlijk onthutsend relaas. Zo'n afscheid is mourir beaucoup.
Je zegt ik ben ziek, dat klopt. Maar we moeten ons ook de ogen uit de medische kop schamen dat we vandaag nog niet verder zijn dan amputatie. Met een bijl moet de chirurg een visje fileren. Best knap dat er nog iets overblijft. Onze kleinkinderen zullen met de ogen knipperen als ze horen dat hun oma zoiets nog moest toe- en doorstaan.
Zit er zit bederf aan je? Misschien, maar dat is op zich geen nieuws, de meeste mensen leven immers al dan niet bewust met bedorven delen in hun lijf, en hun systeem trekt het vaak net wel. Je kan zeggen dat er niet heel veel verschil bestaat tussen weten en niet weten. We zitten allemaal met rottigheid en het gaat heel vaak goed. En bij jou is nu besloten om het hardhandig aan te pakken. We weten niet precies welke combinatie van schakels wanneer hun goede werk doen, maar dat duurt geen decennia meer. Dat betekent het einde van een trieste wrede behandelmethode.
...en de rotte peer moet uit de boom worden weggesneden, klinkt bijna of het een soort terechte straf zou zijn. Dit gaat feitelijk over medisch onvermogen. Natuurlijk wil je die rottigheid uit je lijf of onschadelijk gemaakt hebben. Volgende generaties weten hoe je het wel moet doen.
Het gaat om de hele boom en hoe die door inslagen en storm heenkomt, beschadigd, sterker zonder rotte peren. Men zegt dat als het niet kan zoals het moet, moet het maar zoals het kan.
Veel sterkte en liefde gewenst,
Chromo
En inderdaad, het gaat om de hele boom. Nu de rotte peer weg is (hoop ik), kan ik me volledig richten op mijn gehele systeem, met radicale veranderingen in eet- en leefgewoonten. Vooralsnog levert dat in elk geval al best wat op. Meer energie dan ik zou hebben als ik dat niet deed, daar ben ik van overtuigd.
Groet, Anne