Mijn bijdrage aan nieuwsbrief Longkanker Nederland

Vandaag kreeg ik de nieuwsbrief van Longkanker Nederland in de bus. Een bijzondere nieuwsbrief dit keer omdat ik een bijdrage geleverd heb. Ha! Mijn eerste verhaal dat zwart op wit gedrukt staat ipv op virtueel papier. Ik heb het verhaal begin januari geschreven.

Mijlpaal.


Er zit een bijzondere gebeurtenis aan te komen. Niet één waar je al maanden voorpret om kan hebben. Geen reden om ballonnen te kopen of waarvoor je de keuken tot chocoladetaartbakkerij wilt om toveren. Geen vrolijke zenuwachtigheid of kriebels in de buik. Kortom een gebeurtenis waar je niet helemaal van weet óf je er iets mee wilt doen.

Het is nu bijna een jaar geleden dat ik door de gangen van een regionaal ziekenhuisje richting de eerste hulp kroop. Ik wilde maar één ding. Die ellendige pijn kwijtraken die de nacht ervoor was begonnen én gedurende de dag steeds erger werd. Jankend zat ik ’s morgens bij de huisarts om daarna misselijk van de pijn bloed te laten prikken in het ziekenhuisje. Ik was nog niet thuis of de telefoon ging. Mijn huisarts. “ Je moet nu met spoed naar het ziekenhuis. De eerste hulp arts staat op je te wachten”. En zo belandde ik, voor het eerst in mijn leven, in een ziekenhuis.

Ik bleek een longembolie te hebben én alsof dat nog niet genoeg was vertelde de eerste hulp arts dat ze een vlek, waarschijnlijk een tumor, in mijn linkerlong had gezien. Ik weet nog dat ik het hoorde, maar er helemaal niets mee kon. Ik was boordevol morfine gespoten en zag konijntjes door de lucht vliegen. De gezichten van mijn echtgenoot en zwager kan ik nog wel steeds moeiteloos voor de geest halen. Verslagenheid, ongeloof en verdriet. Die emoties stonden op hun gezicht geschreven, terwijl ik wat zat te giechelen op mijn eerste hulp bed.

Na twee weken in het ziekenhuis te hebben doorgebracht en daarna nog twee weken nagelbijtend stukjes informatie bij elkaar te hebben gesprokkeld , was het volgens het protocol tijd om mij in het volgende protocol te stoppen. De behandeling.

Dit keer in het ziekenhuis van mijn keuze, inclusief een longarts naar keuze.

In de maanden die volgden stortte de wereld in en nog steeds dreunt de klap na. “Kanker heb je samen”. Inderdaad. Als een vlek verspreidde mijn kanker zich. Iedereen werd ermee besmet. Gewild of ongewild.

Voor mij was meteen duidelijk dat ik aan het begin van het einde stond. Heel vaak heb ik die maanden het woord ON-GE-NEES-LIJK hardop gezegd. “Vechten tegen” of “hopen op” is niet bij mij opgekomen. Dit heeft helemaal niets te maken met een depressieve of negatieve instelling. Ik sta (en stond) zo positief mogelijk met mijn twee beentjes in de poel van kanker. Maar ik vertik het om te gaan vechten tegen iets wat ik toch niet kan winnen én verspil mijn tijd niet aan het hopen op een wonder.

Waar ik wel enorm mee aan het vechten ben geweest, is het moeten opgeven van mijn leven zoals ik gewend was. Dat heeft al die maanden geduurd en ik ben er nog niet klaar mee. Probeer het maar eens. Plotseling stoppen met alles wat gewoon was. Stoppen met dingen zomaar doen.

Ik kwam in een heus rouwproces terecht. Een worsteling met mezelf om uiteindelijk tot een nieuw zelfbeeld te kunnen komen. Ik moest mijzelf letterlijk opnieuw uitvinden.

Hiervoor heb ik rigoureuze stappen moeten ondernemen. Dingen niet doorlaten sudderen, maar bewust stoppen of juist bewust starten. Heel verdrietig heb ik besloten niet meer te gaan werken. Ook al ben ik te allen tijde welkom op mijn werk, het voelde alsof ik voor spek en bonen mee mocht hobbelen. Een punt achter mijn studie gezet. Daar had ik weinig keus in, door de emoties en chemozooi heeft zelfs een pinda nu meer geheugen dan ik. Bewust zelf thuisblijven en mijn omgeving wel stimuleren dingen te gaan doen. Dit is ook een lastige, dat voelde als een gevecht met stoten onder de gordel. Uiteindelijk is het mij gelukt om de jaloerse gevoelens die daarbij kwamen kijken een plek te geven en (meestal) vrolijk mijn eigen dingen te doen als mensen op pad gaan.

Bijna een jaar voorbij. Een jaar waarin alle rampspoed samenkwam. Donkere wolken pakten zich samen boven mij. Niet alleen ik werd gevolgd door de donderwolk. Mijn man, mijn kinderen, mijn zus, kortom mijn hele omgeving had last van noodweer. Nog steeds is dit het geval. De waarschuwing code rood wordt afgegeven als ik weer naar het ziekenhuis moet voor een scan. Alle alarmbellen gaan dan rinkelen, alle voorzorgsmaatregelen worden getroffen en angstig kijken we met z’n allen naar boven. Wat zal er nu weer uit de wolk naar beneden vallen? Vriendelijke zomerse motregen of venijnige ijzel? We voelen ons overgeleverd aan de goden.

Toch klopt de uitspraak: “Every cloud has a silvery lining”. Ik heb veel mooie, intense momenten mogen meemaken. Momenten waar ik anders geen tijd en waarschijnlijk geen oog voor had gehad. Door de immens donkere wolk boven mijn hoofd worden alle sprankjes licht speciaal. Ik probeer ze, samen met mijn geliefden, te vangen waar en wanneer ik kan. Toch gaat het me te ver om te zeggen dat ik door het hebben van kanker meer geluk ervaar. Uiteindelijk zou ik liever gewoon doorleven, desnoods met minder intense geluksmomenten. Gewoon, je kinderen hun eigen leven zien opbouwen, kleinkinderen geboren zien worden en uiteindelijk met z’n tweeën genieten van een rondje met de rollator om het verzorgingshuis.

Tja en wat doe je met de verjaardag van je kanker? Het is een mijlpaal. Ik ben er nog, geheel tegen mijn eigen verwachting in.

Eigenlijk een hele mooie aanleiding om het leven te vieren. Niet alleen voor mij, maar ook voor mijn omgeving. Vier je leven. Beplak de wolk met glitters en neonlichten. Heb mooie gesprekken en neem de tijd voor elkaar. Geniet van de liefde en geef liefde.

En mocht dat allemaal niet lukken? Huur een clown in, laat hem konijnenballonnen maken. Als je konijnen ziet rondvliegen word je vanzelf gelukkig, dat weet ik uit ervaring.

Petra


5 reacties

Beste Petra,

Wat kan ik me goed voorstellen dat ze jouw verhaal hebben gepubliceerd.Zoals jij je gevoelens en van anderen onder woorden kunt brengen is razend knap.
Zoals ik je al eens verteld heb houd ik een dagboek bij en zou ik dat pas openbaar maken als mijn stijl beter was.Dus nooit. Voor eigen gebruik raad ik het wel iedereen aan.
Als nalatenschap zou een bundel van je blogs heel veel mensen ook in de toekomst helpen.
met veel liefs en sterkte
Fred67
Laatst bewerkt: 29/06/2017 - 19:51
Hallo Petra,

Zo'n bundel waar Fred67 het over heeft, daar ben ik heel erg voor! En het is misschien ook weer een klein doel waar je je gedachten mee kunt verzetten? Ik wens je alle goeds, en veel vliegende konijnen.
Inge
Laatst bewerkt: 29/06/2017 - 19:51
Ja, Petra, wat Fred67 zegt is helemaal waar. De manier waarop jij je blogs hebt geschreven, was voor mij de reden om je te vragen voor een verhaal in de nieuwsbrief.....en ik heb echt geen spijt van hoor. Ik hoop dat ik je vaker mag vragen voor een verhaal! XXX.
Laatst bewerkt: 29/06/2017 - 19:51