Het voortraject

Op 2 augustus zit ik in de spreekkamer van mijn huisarts. We bespreken mijn nieuwe knobbelvondst. De knobbel bleek een vergrote schildklier te zijn. Ik heb al het vertrouwen in mijn huisarts, hij kent mij al een tijdje. Ik kon meteen bloed laten prikken en een echo van mijn hals laten maken. Die zelfde dag nog kreeg ik van hem de uitslagen van deze onderzoeken. Er leek niks aan de hand te zijn maar ik zou, om alles uit te sluiten, wel door gestuurd worden naar de internist.

De huisarts nam tijdens dit gesprek alle tijd voor mij, hij hoorde mijn angsten aan, besprak te stappen met mij en hij probeerde mij gerust te stellen. Ik was immers net bevallen, iets waarvan ik ondanks de stress ook wilde genieten.

 

Twee weken later, op 16 augustus, kon ik bij de internist terecht. Hoewel ze vast goed is in haar werk en haar uiterste best deed, heb ik haar niet ervaren als een prettige arts. Dit zat hem in haar woordkeuzes en uitspraken als 'de kans dat je twee keer een zeldzame vorm van kanker krijgt is zeldzaam'. Waarheid maar het voelde gek en niet oké. Ondanks die gevoelens wilde ik haar wel heel graag geloven.

20 september kon ik terecht voor een punctie. Veel te laat als je het mij vraagt maar wat ik ook probeerde er was eerder geen plek. Met mijn medische voorgeschiedenis had ik op meer urgentie gehoopt. Zolang in onzekerheid moeten wachten is killing en het bevestigde mijn gedachten en ervaringen dat de LATER effecten van kinderkanker nog niet overal geïmpliceerd zijn.

 

20 september, de punctie. Ik kon gebruik maken van mijn eerdere kankerervaring en zette de destijds veel gebruikte verdovende zalf in. Hierdoor stelde het onderzoek weinig voor.

 

28 september zou ik de uitslag van de punctie krijgen maar helaas moest ik hier langer op wachten. 1,5 week later zou de arts weer tijd voor mij hebben maar ik kon zolang niet meer wachten, de spanning en stress waren inmiddels ondragelijk geworden. Ik ben echt wel een beetje geschrokken van de huidige zorg en het feit dat je als patiënt niet zonder een bepaalde dosis assertiviteit kan. Ik maakte gebruik van mijn dosis en kreeg het voor elkaar om voor 30 september toch een afspraak met de daarbij horende uitslag te krijgen.

 

Op 29 september om half 4 gaat mijn telefoon, privé nummer. Ik neem op en schrik van het feit dat ik een arts aan de telefoon heb. Ze viel meteen met de deur in huis. Er zijn onrustige cellen gevonden. Ik schrik. Ik ben even stil. En vervolgens lijk ik buiten mezelf te treden en heb ik een doel voor het verdere gesprek voor ogen; informatie verzamelen, alles wil ik weten. De ene na de andere vraag vuur ik af op de arts die ik toen al een tijdje aan de telefoon had. Dat is dan het voordeel als je al vaker met dit bijltje hebt gehakt (katjing voordeel 2), je weet waar je naar toe wil en welke informatie je nodig hebt om daar te komen. Mijn drang naar controle is meteen terug. Ik stel alles in twijfel en probeer voor mezelf een soort routekaart met informatie te maken. Wat staat mij te wachten? Wat zijn mijn kansen? Is het een LATER-effect? En hoe kan het dat er tijdens mijn tweejaarlijkse controle afgelopen april nog niks te zien was? Ik voelde mij na de bevalling van Noué zo ontzettend sterk, mijn lijf heeft mij wéér voor de gek gehouden. Stom lijf.