Auto-stamceltransplantatie

1 april. Dat is de dag dat Dieter werd opgenomen.
Ik heb onder mijn ene arm een valies mee, onder mijn andere arm een ganse doos met verrassingen om Dieter gedurende de opname te entertainen. Onderweg naar de afdeling houdt mijn hand stevig de zijne vast, alsof ik hem daardoor niet hoef achter te laten... 
Ik denk continue 'niet huilen, niet huilen' en kan dit ook even volhouden.

De verpleegkundige verwelkomt ons op de afdeling, geeft een kleine rondleiding en zegt dan 'En dit is jouw kamer'. De deur gaat open en tadaaam... ik begin instant te huilen. De tranen vallen over mijn stomme mondmasker. Vanaf morgen kan ik dit mondmasker niet meer afnemen bij Dieter. Geen kusjes meer, geen knuffels met ons gezicht naar elkaar, apart eten achter een raampje, ... 

Gedurende de ziekenhuisopname leef ik als een robot: 
In de voormiddag werken en in de namiddag neem ik telkens een halve dag verlof.
's Middags, als mijn halve werkdag erop zit, begin ik snel te koken, ik eet iets en blijf telkens kijken op de klok zodat ik kan vertrekken naar het ziekenhuis.
In het ziekenhuis ben ik ié-de-re dag te vroeg. Ik zit dan te wachten in de gang tot de grote wijzer op de 6 staat. Handen ontsmetten en naar binnen. Altijd dezelfde route naar de kamer waar Dieter verblijft.
Toiletbezoek, handen stevig schrobben, maskertje goed opzetten en knuffelen. Lang knuffelen. 

Omdat we apart leven vind ik het moeilijk om te beschrijven hoe het voor Dieter moet geweest zijn en is dit bericht voornamelijk vanuit mijn standpunt. Maar om jullie toch een idee te geven:
Iedere dag komt er een arts langs, een kinesist, verschillende verpleegkundigen, een logistieke hulp om te maaltijd na te vragen voor de dag nadien en een poetsvrouw. 
Ze doen allemaal hartstikke hun best om vriendelijk te zijn, maar Dieter heeft het niet zo voor sociaal zijn op dit moment. Hij vindt de regelmatige bezoekjes vervelend en zou liever gerust gelaten worden.

De dokter komt iedere dag langs en vertelt hem regelmatig dat hij morgen mogelijks last kan krijgen van allerlei symptomen en somt deze iedere keer op. 
Dieter zegt na een aantal dagen aan de arts dat hij dit niet meer hoeft te weten en de dokter houdt er nadien rekening mee. Hij vraagt nadien 'wil je nog iets weten'? 

Op dag 2 van de opname krijgt hij chemo. Dit tot en met dag 7. Op dag 8 (= 9 april) krijgt hij zijn eigen stamcellen terug en kan de opbouw van zijn bloedcellen terug traag beginnen. 
Ik, en hij, verwachten iedere dag dat het slechter zou beginnen gaan, maar Dieter geeft toch iedere dag aan dat het 'te doen' is en dat hij dacht dat het erger zou zijn. 
Onze angst blijft natuurlijk wel. Eén infectie kan voldoende zijn om alles slecht te doen aflopen. Maar naast die angst proberen we ons toch te amuseren samen, en dat lukt ook wel. We liggen samen in bed, kijken samen TV, we oefenen samen goocheltruucjes of als Dieter ligt te slapen ben ik wat bezig op de laptop. 

De meeste verpleegkundigen en artsen zijn 'verbaasd' dat hij het zo goed doet. Tot nu toe geen infecties, benoemenswaardige grote klachten of akkefietjes waardoor het lijkt dat hij langer dan nodig zal moeten blijven. 
Maar iedere avond, als het bezoekuur ten einde is en ik verplicht ben om de afdeling te verlaten, huil ik in de auto, op weg naar huis. Ik ben iedere keer superbang dat ik hem morgen niet meer zal zien. 
Dieter slaapt wel steeds meer en valt ook wel wat af, maar hij eet nog, drinkt nog, kan nog goed naar het toilet gaan en probeert iedere dag zijn bewegingsoefeningen te doen. Hij laat z'n kop niet hangen en ik ben zó trots op hem. 

Op dag 21 mag hij het ziekenhuis verlaten. 
Hij heeft nog steeds zijn haar. Zijn haar behoudt hij trouwens tot de laatste (!) dag van zijn opname. 
Omdat het dan in een versneld tempo begint uit te vallen vraagt Dieter me om het toch af te scheren, hij heeft de knoop doorgehakt. 
Het afscheren van zijn haar is een zeer emotioneel moment, maar het is nog steeds Dieter die op de stoel zit en da's al goed genoeg voor mij. 

 

3 reacties

Wat een liefde spreekt er uit je verhaal. Wat fijn dat jullie dat hebben om je in de moeilijke tijden te helpen. Mijn diepste respect voor jou en met jou alle partners en familie van patiënten. Als ik lees dat je op de terugweg huilt, breekt mijn hart ook. Dat jullie lang bij elkaar moge zijn.

Laatst bewerkt: 12/09/2021 - 23:26

Hey,

Ik vind het soms een beetje vreemd om continue vanuit mij te schrijven, maar da's het enige standpunt dat ik kan uitschrijven... 

Ik ben ervan overtuigd dat dit ons als koppel sterker maakt maar ik had het toch liever anders gezien. 

Alvast bedankt voor je lieve woorden. We doen ons best 😉

Ik hoop dat het bij jou ook verder goed mag gaan. In elke betekenis dat ik je dit ook maar kan toewensen. 

Laatst bewerkt: 13/09/2021 - 09:22

Dag Maaikev,

Je verhaal lezen voelt heel herkenbaar aan. Mijn vriend onderging in oktober '20 ook een autologe stamceltransplantatie. Het gevoel dat je beschrijft van hem naar het ziekenhuis te brengen en na elk bezoek met zo'n angst naar huis te gaan... Ik herken het helemaal. 

Ik ben blij te lezen dat hij het wel behoorlijk goed stelde doorheen de stamceltransplantatie. Ik wens jullie heel veel succes en ook vooral moed toe!

Laatst bewerkt: 17/09/2021 - 10:49