Mijn verhaal (8) – Op naar herstel

Na de eerste schrik van het vervroegen van de operatiedatum schiet ik in actiestand. Ik duw mijn tranen weg en bel mijn dochter dat haar (kleine) feestje met een paar meiden van school niet door kan gaan. Dat zou de zaterdag na de operatie zijn, sowieso al verlaat: in maart toen ze jarig was, gooide corona ook al roet in het eten. Alhoewel ik hier niets aan kan doen, voel ik me wel schuldig.

Ik maak een lijstje van wat er voor mijn werk af moet. Wat kan vandaag en wat kan ik het weekend nog doen. Ik licht collega’s in. Laat ’t de familie nu ook weten. En ik werk me drie slagen in de rondte om alles zo netjes mogelijk af te ronden. Voor zover mijn concentratie het toelaat dan. Tussendoor word ik steeds door het ziekenhuis gebeld. Alle voorbereidende afspraken (CT scan, COVID test, anesthesist, verpleegkundig specialist) moeten verzet worden en in de paar dagen voor de operatie gepropt.

Dat weekend maak ik de laatste dingen voor mijn werk zoveel mogelijk af en gaan we nog even lunchen aan het strand. Het enige moment die week dat ’t een klein beetje zo voelt alsof ik vakantie heb. Die maandag word ik ziek gemeld door mijn leidinggevende, maar mijn man en dochter hebben vakantie, die letterlijk – het mooie weer komt abrupt tot een einde – en figuurlijk in het water valt door al mijn afspraken. Ik bestel nog maar wat nieuwe onderbroeken, makkelijke kleding en een extra nachthemd. Ga op zoek naar ervaringsverhalen en heb daar ook weer direct spijt van. Natuurlijk delen met name de mensen met dramatische verhalen hun ervaringen. Die hebben het meest behoefte aan een uitlaatklep. Ik besluit om het maar over me heen te laten komen, hoe moeilijk ook.

Wanneer ik op zoek ga naar leesvoer, krijg ik van de Hoe de hele HoeMensenDenken club niet alleen tips, maar daadwerkelijk ook boeken cadeau. Superlief, weer iets om van mijn lijstje af te strepen. Mijn afspraak bij de kapper kan niet doorgaan, omdat ik op dat moment naar de anesthesist moet. Gelukkig maakt ze een ander plekje voor me vrij. Hoe oppervlakkig ook, zonder uitgroei het ziekenhuis in is toch wel een prettig idee. Al zal ik er hoe dan ook wel belabberd uitzien. Mijn echtgenoot begrijpt daar niets van, dochter echter des te meer. Een ‘Hoe vrouwen denken’ dingetje waarschijnlijk.

Gevoelsmatig gaat het best redelijk deze week, al komen met vlagen ook wel zenuwen bovendrijven. Niet zozeer omdat ik nu weet dat ik longkanker heb, maar omdat ik geen beeld heb bij wat me nu precies na de operatie te wachten staat. Soms denk ik ook dat mijn gevoel niet helemaal klopt. Ik weet dat ik kanker heb, maar zo voelt het niet. Ik voel me niet alsof de grond onder me is weggevaagd, of de wereld op zijn kop staat. Wel voel ik me schuldig omdat iedereen zich zorgen maakt, alle plannen van mijn gezin en familie in het water vallen en ik collega’s opzadel met mijn werk. Twee dagen voor de operatie hoor ik dat de week daarna een tijdelijke vervangster start op mijn werk. Heel fijn en tegelijkertijd zorgt het ook wel een beetje voor onrust. Wat als zij zó goed is dat ze mij niet meer terug willen?

De berichtenstroom (Hoe gaat het? Hoe voel je je?) van vóór de uitslag valt in de dagen erna bijna stil. Niet vreemd: Je kunt iemand natuurlijk ook maar een beperkt aantal keren sterkte wensen. Maar ik denk ook dat het voor anderen lastig is. Wat zeg je tegen iemand die kanker heeft? Misschien wil diegene juist liever met rust gelaten worden. Zeggen dat het vast allemaal wel mee zal vallen, gaat in deze fase ook niet makkelijk meer. En het zal ook confronterend zijn voor mensen die zoiets eerder meegemaakt hebben. Het is dan ook niet meer dan een constatering dat het rustiger is, en zeker geen verwijt.

De één-na-laatste nacht thuis staat dochter ‘s nachts huilend naast mijn bed. Haar hoofd zit ‘vol’. Vol met school, met een aantal andere dingen en dan met het hoge woord: “Wat als er wél wat in jouw lymfeklieren zit?” Mijn maag draait om. Arm ding. Ik probeer haar gerust te stellen, maar kan ook geen garanties geven.

De ochtend daarna – de dag voor de operatie – zit ik op de bank. In de brievenbus lag een hele stapel kaarten van mensen die aan mij denken. Zo lief. Ik denk na over hoe dit nu eigenlijk begonnen is; sinds wanneer heb ik dan kanker? Ik weet het pas iets meer dan een week, maar wanneer was het echte begin? Ik heb geen idee. Morgen ben ik er vanaf. Dan kan ik werken aan mijn herstel. 
 

zie ook: https://www.hoevrouwendenken.nl/2020/09/03/mijn-verhaal-8-op-naar-herst…

2 reacties

Volgens mij heb ik in de gespreksgroep Longkanker gelezen dat je al geopereerd bent? Ik raak altijd in verwarring als mensen in korte tijd meerdere blogs plaatsen (nou ja, ik heb wel vaker last van verwarring, maar dat is een ander verhaal).

Ik hoop van harte dat je er van af bent en kunt gaan herstellen! Veel sterkte met alles!

Laatst bewerkt: 03/09/2020 - 14:02

Ja, afgelopen vrijdag. Sinds maandag ben ik thuis. 
da blogs heb ik gedurende de afgelopen maanden geschreven, meer voor mezelf eigenlijk, schrijven is voor mij verwerken. Maar misschien hebben anderen er ook wel wat aan. 

Laatst bewerkt: 03/09/2020 - 18:07