ERCP-onderzoek bij alvleesklierkanker

Veel mensen met alvleesklierkanker krijgen een ERCP-onderzoek. De arts onderzoekt de alvleesklier met een flexibele slang, de endoscoop. Tijdens het onderzoek kan hij of zij ook een stukje weefsel weghalen. ERCP betekent endoscopische retrograde cholangio-pancreaticografie.

Soms kan de arts op een scan niet goed genoeg zien of je inderdaad alvleesklierkanker hebt. Dan krijg je een ERCP-onderzoek. Zo kan de arts je alvleesklier onderzoeken. 

ERCP bij alvleesklierkanker

Bij een ERCP brengt de arts via je mond een dunne, flexibele slang in je lichaam. Dat is de endoscoop. Aan het uiteinde van de slang zit een kleine camera. De arts schuift de endoscoop zo dicht mogelijk naar de alvleesklier toe.

Via de endoscoop ziet de arts of er in je galwegen een tumor zit die voor verstopping zorgt. Een verstopping kan leiden tot geelzucht. Tijdens de ERCP kan de arts de verstopping oplossen door een stent te plaatsen. Een stent is een hol buisje dat de arts in de galwegen zet. Door de stent blijven je galwegen open.

De arts kan tijdens de ERCP ook weefsel weghalen voor onderzoek. Dit heet een biopsie.

Endo-echografie (EUS)

De arts kan ook een endo-echografie laten maken. Ook dit is een onderzoek met een endoscoop. Aan het uiteinde van de slang zit een klein echo-apparaatje.

De arts schuift de slang tot aan de dunne darm en legt het echo-apparaatje dicht tegen de binnenkant van de darm aan, op de plek waar de alvleesklier tegen de darm aan ligt. Zo kan de arts een echo maken van de alvleesklier en zien of er iets mis is. Tijdens het onderzoek kan de arts ook een biopt nemen en zo wat weefsel weghalen voor onderzoek.

Een ander woord voor het onderzoek is endoscopische ultrasonografie (EUS).